De Oostkantons en de vallei van de Salm en de Ambleve

 

Na ons bezoek aan de Ardennen gaan we naar het oosten van België.

Wie hier op bezoek komt zal in de verste uithoeken van de provincie Luik heel wat schilderachtige en gastvrije plaatsjes ontdekken. De meeste hebben hun oorsprong of hun ontwikkeling te danken aan het feit dat de Romeinse heirbaan van Reims naar Keulen er doorheen liep. Hier werd de natuur niet geschonden door het toerisme. Het is een streek van legenden, zuivere lucht en eindeloze rust : een vakantieland. Het landelijke Salmdal was vroeger een prinsdom, dat geregeerd werd door de prinsen van de Salm en afhankelijk was van het hertogdom Luxemburg.

De Ambleve ontspringt bij de grens van het natuurpark Hoge Venen en Eifel

 

1. Amel

Op 5 km van de bronnen van de Ambleve ligt dit dorp van Keltische oorsprong. Het blikt terug op een lange goudwinningstraditie. Het goud wassen was hier reeds rond de jaren 1000 bekend. Dat blijkt uit de vele resten van uitgewassen aangeslibde gronden, die werden ontdekt op de boorden van de Ambleve.

Te Montenau, een mooi plekje op 5 km van Amel, kan je de Ambleve afvaren doorheen het Wolfsbush (Wolvenbos) – een aanrader dus.

 

2. Büllingen

Dat is een lieflijk dorpje pal aan de West-Duitse grens. Wie snakt naar een ontspannende rust, vindt hier wat men zoekt. Er zijn 18 wandelpaden, er is voor 35 km fietspad, een trimparcours, camping Edelweiss (waar fietsen verhuurd worden). Maar wellicht volstaat moeder natuur alleen al.

 

3. Bütgenbach

Het meer van Bütgenbach ligt te midden van het natuurreservaat Hoge Venen-Eifel, in een decor van heuvels en bossen. Hoewel het vooral diende tot bevoorrading van een electriciteitscentrale, is het uitgebreid tot een groot toeristisch centrum. Het biedt heel wat mogelijkheden op gebied van water- en wintersport. De liefhebbers van watersport kunnen er terecht  voor lessen in zeilen, zeilsurfing en kanovaren op de meer dan 120 ha grote waterplas.

Van hieruit beginnen wandelpaden in de richting van de Belgische Eifel met mooie Ardeense huisjes in het dorpje Berg – en tal van forelrijke riviertjes en stroompjes. In Elsenborn is een vliegschool, die voor de niet-vliegers vluchten boven de streek organiseert.

 

4. Grand Halleux

In de buurt van Gand Halleux bevindt zich het Büllingen In dit domein, gelegen is een uitgestrekt bos, ziet men de fauna van de Luxemburgse Ardennen (herten, damherten, reebokken en wilde zwijnen) en moeflons.

Een Büllingen het kleinste wilde schaap die vanuit het Middellandse – Zeegebied (vooral Sardinië en Corsica) werd ingevoerd. Velen beschouwen het moeflon als een verrijking van de wilde fauna. Anderen zien het als een uit te roeien exoot. Het moeflon is ongetwijfeld een interessante wildsoort die zich in de meeste van zijn nieuwe leefgebieden uitstekend heeft aangepast.

 

5. Sankt Vith

Sankt Vith geniet als toeristisch centrum van de Oostkantons een welverdiende faam. Deze stad was reeds in de XVde eeuw een belangrijk handelscentrum – de Sint-Catharina jaarmarkt is nog een overblijfsel uit die tijd.
Daarnaast lokt Sankt Vith veel volk omwille van zijn bedevaart (half juni) naar St.-Guido  om genezing van zenuwziekten te bekomen. Ook carnaval wordt hier uitbundig gevierd.

'rechtse foto's zijn van de jaarmarkt'

 

6. Vielsalm

In dit charmante stadje, waar veel lei- en arkosteen voorkomt, leven de oude Ardeense legenden nog voort. Eén ervan vertelt ons dat op heel wat plaatsen van de gemeente de heksen bijeenkwamen onder leiding van de satan. Daarom vieren elk jaar (op 20 juli), zestig in het zwart geklede en met bezems uitgeruste macrales een duivelse heksensabbat.
Dan wordt er een toneelstuk gebracht op het gemeenteplein over hoe de heksen de sleutel van de stad veroveren om er onrust te stoken.

Na afloop krijg je de kans om een zelfgebrouwen Pèkèt te proeven. Dat is een sterke drank op basis van graan of gedistileerde bessen.

De volgende dag trekken ze mee op in de folkloristische stoet van het Bosbessenfeest

Dit restaurant in het centrum van Vielsalm is een aanrader. De forel, in Ardeense ham gewikkeld, smaakte héél lekker.

 

Op 2 km van Vielsalm, bij het gehucht Neuville, ligt So Bêchefa, een open plek in het bos, ingericht met paviljoentjes voor wandelaars. Ze kunnen er even uitblazen en zelfs koken op de beschikbare grills.

Bovendien vind de liefhebber langs de bewegwijzerde paden ook de namen van de boomsoorten aangeduid, die hij op zijn weg doorheen het domein des Grands Bois tegenkomt.

 

Volgend deel : Oostkantons - toerisme en oorlogsverleden