Bretagne: Cancale en zijn oesters

 

Cancale: wat de zee biedt, komt hier vers op tafel.

We verlaten het rotseiland, Mont Saint-Michel (zie laatste deel van Normandië) en rijden verder langs de baai. We volgen de kustweg en genieten van een schitterende landschap.  Als de 'Mont Saint-Michel' het ene uiteinde van de baai is, dan vormt 'Pointe du Grouin' het andere uiterste (die kant rijden we op).

 

Met eb kunnen we getuige zijn van een wonderlijk schouwspel, wanneer de reusachtige baai ‘leeg loopt’ en de boten op het zand blijven liggen.

Héél in de verte zien we de Mont Saint-Michel liggen (héél klein)

Aan de andere kant van de ondiepe baai ligt Cancale, een klein stadje dat door zijn oesters en mosselen tot ver buiten de grenzen bekend is. Het ligt pal aan de zee en is erg toeristisch. Vanaf hier begint de 120 km lange smaragdkust (Côte d’Emeraude).

Het komen en gaan van boten, het werk van de oesterkwekers en het ritme van het getij zorgen voor de levendigheid van de haven en de kades. Bij eb wordt het landschap over 336 ha bepaald door de kriskras liggende oesterbedden en mosselbanken. In de ondiepe baai worden de beroemde huitres plates en de huitres creuses geteeld.

Zodra het vloed wordt, verdwijnen de mosselbanken in het water. Tijdens de periode dat het vloed is, stromen de mosselen binnen. Zodra het eb is, komen de 'mosselmannen' in hun tractoren terug. De mosselen worden dan uit de net gehaald en rechtstreeks naar de restaurants gebracht.

Vroeger werd de oester met een schrobnet gevangen, tegenwoordig worden ze gekweekt. De baai van de Mont Saint-Michel is rijk aan plankton en dat geeft de oesters hun typische smaak.

mosselbanken en oestertafels

 

Het mooie havenstadje Cancale is een streling zowel voor het oog als voor het gehemelte. De ‘huitres plates’, een soort onder kenners bijzonder gewaardeerd, wordt geëxporteerd naar alle landen van de wereld. Cancale heeft een prijs gewonnen als bijzonder smaakvolle stad. Een onbetwistbare troef is dat die heerlijkheden kunnen genuttigd kunnen worden met uitzicht op de schitterende Mont-Saint-Michel.

Een bezoek aan Cancale zonder oesters te proeven, dit kan dus niet. Aan de kade worden de delicatessen vers verkocht. Wij lopen langs de kraampjes op de kleine oestermarkt. De prijs van de schelpdieren is hier zo laag dat de toerist niet kan weerstaan aan de verleiding. Wij maken onze keuze en ik ga voor een dozijn platte oesters. Met één handbeweging wordt het hapje in ons bijzijn geopend en met citroen geserveerd.

De prijs is aangeduid 'per dozijn' + 1,50 euro voor het openen van 12 oesters.

 

We nemen ons bord mee en gaan op de muur zitten. Alle toeristen genieten hier van het lekkers én het uitzicht. De lege schelpen worden over het muurtje, in de baai gegooid en de lege plateaus brengen we terug naar de verkoper.

Vis en zeedieren geven in de Bretonse keuken de toon aan. In de restaurants aan de kade zijn zeevruchten troef: hoog opgestapelde zilveren schalen met zeespinnen, crevettes, mosselen en andere heerlijkheden. ‘s Avonds stromen de restaurants vol met toeristen. De sfeer van vroeger is nooit verloren gegaan, het ene eethuis gebruikt de romp van een boot als kassa, het andere bedient u terwijl u op een ruw houten krukje zit … maar u wordt overal even hartelijk bediend.

Wil je geen gewoon restaurant maar iets wat je eerder een 'snackbar voor oester' zou noemen.

Dat kan én het is gegarandeerd lekker en puur. Jammer dat ik via dit artikel de smaak en het gevoel niet kan weergeven.

En heb je toevallig je frigobox bij, neem dan een kijkje iets verder langs de kade. Hier is de vers gevangen vis te koop.

Wat moet vakantie nog meer zijn: oesters of mosselen, een glaasje wijn, een leuke omgeving én … goed gezelschap om je heen.

Op naar een volgend avontuur.

 

Volgend deel : Saint Malo, de piratenstad