Sierra Nevada en Lanjarón

 

Na een heerlijk ontbijt verlaten we Nerja en rijden via Motril – de kustplaats waar onze koning Boudewijn overleed – richting Sierra Nevada.

De Sierra Nevada is het grootste gebergte van Spanje en heeft als hoogste top de Mulhacén met 3482 meter.

Veel toeristen zijn verbaasd in Zuid-Spanje een bergketen van die omvang aan te treffen. De bergketen steekt ver boven Granada uit en is na de Alpen het hoogste gebergte in Europa. De prachtige landschappen met glooiende valleien, diepe ravijnen en een mooi uitgerust wintersportgebied maken van de Sierra Nevada een geliefd vakantieoord. Het is nog steeds het meeste geliefde ski-oord van de Spanjaarden, hoewel de skigebieden is de Pyreneeën de laatste tijd ook steeds populairder worden.

Maar niet alleen in de winter is de Sierra Nevada geliefd. In de zomer komen liefhebbers hier wandelen en mountainbiken.

Ten zuiden van de Sierra Nevada bevindt zich Las Alpujarras. Ze worden door de smeltende sneeuw van de bergketen het hele jaar door vruchtbaar gehouden. Met zijn groene hellingen, valleien en de schilderachtig witte dorpjes die tegen de bergwand aanleunen, is het een schitterend gebied. Sommige van die dorpjes zijn erg toeristisch geworden en dat merk je aan de eindeloze rijen uitgestalde kledij. Toch is er in de hoger gelegen dorpen, waar op sommige plaatsen door de smalle straten geen auto kan rijden, in al die jaren nog maar weinig veranderd.

Lanjarón (witte huizen op foto) vormt een natuurlijke toegangspoort naar de Alpujarras.

Rijen, door de sneeuw gevoede, bronnen borrelen op de hellingen onder de Sierra Nevada. Lanjarón heeft dan ook een lange geschiedenis als kuuroord en is een van de bekendste spa-oorden van Spanje. Het zijn vooral oudere toeristen, die naar Lanjarón afzakken om te genieten van de heilzame waterbronnen. Ze ondergaan hier verschillende behandelingen voor artritis, vetzucht, nerveuze spanningen en andere kwalen. Het helende water borrelt er uit zeven verschillende bronnen omhoog.

 

Het mineraal water wordt in heel Spanje in flessen verkocht, onder dezelfde naam. Lanjarón was het eerste bedrijf in Spanje dat zijn mineraalwater bottelde voor de verspreiding ervan. Elk jaar, tijdens het feest van San Juan heeft hier een watergevecht plaats. Iedereen die zich op straat waagt, komt uiteindelijk druipnat thuis.

Wij vinden het leuk om in Lanjarón de sfeer op te snuiven. Het is erg warm en het is voor mij de eerste keer dat ik zie hoe 'doeken over de ganse straat gespannen', de zonnestralen tegenhouden (net één héél grote parasol). We hebben verder op onze reis nog héél veel zo'n 'parasols' gezien.

Van water gesproken .. het komt ons al in de mond als we de serrano-hammen zien. En wat zijn ze veel goedkoper dan bij ons in België.

We wandelen verder ...

Op verschillende plaatsen in Lanjarón is er een bron met drinkbaar water.

Hier wil ik per sé proeven van het helder, frisse water uit de bron. Het is lekker en zeker met de zomerhitte smaakt het nog meer.

Wij hebben niet gelogeerd in Lanjarón. In de meeste hotels kan je een 'gezond' bad nemen en je lekker laten verwennen.

 

Op de rots, op een hoogte van 650 meter, prijken de ruïnes van een oud Moors kasteel. De legende vertelt dat de toenmalige Moorse bevelhebber, liever van de rots sprong dan zich over te geven aan de zegevierende troepen van Koning Fernando.

Wij verlaten Lanjarón en rijden wat verder in de bergen, op zoek naar nog kleine dorpjes.

 

Volgend deel: Drie mooie dorpjes in de Alpujarras