Sur le Pont d'Avignon
We zien al van ver dat Avignon een indrukwekkende stad is.
Van welke kant je ook komt aanrijden, overal zie je de hoge stadsmuren en het imposante Palais des Papes.
De historische stadskern is volledig afgeschermd door een 4,2 km lange omwalling met 39 torens en zeven toegangspoorten. Een aantal poorten zijn verdwenen om plaats te maken voor het moderne verkeer, maar de lange muur blijft indrukwekkend.
De stadsmuur met torens en kantelen uit de 14de eeuw (gerestaureerd in de 19de eeuw) beschermde vroeger tegen de vijanden en (ook nu nog) tegen de vlijmscherpe mistral-wind. Tegenwoordig beschermt de muur ook tegen overstromingen van de Rhône in het regenseizoen. En hij zorgt ervoor dat de zomerzon het stadje flink opwarmt.
Binnen de omwalling ligt een stad met eigen operagebouw, een universiteit, scholen die in diverse talen onderwijzen en vele theatergezelschappen. Het jaarlijkse prestigieuze festival (in juli) is een internationaal hoogtepunt op het gebied van theater, mime en cabaret. Avignon biedt eigenlijk het hele jaar door culturele en theatrale activiteiten. De stad heeft altijd onderdak geboden aan artiesten, van Molière en zijn gezelschap tot alle soorten van hedendaags spektakel: opera, dans, theater en muziek. In de straten en op de pleinen treden veel straatmuzikanten op. In de 17de- 18de eeuw is Avignon een trefpunt voor de Italiaanse en Franse kunst en blijft veel kunstenaars aantrekken.
Maar Avignon staat, naast cultuurstad, vooral gekend als de Pausenstad.
In de 14de eeuw verving Avignon tijdelijk Rome als hoofdzetel van de katholieke kerk. Paus Clement V vond het in 1308 te onrustig in Rome en hij verhuisde met zijn hele gevolg naar Avignon. De katholieke kerk in Rome noemde het 'de Babylonische ballingschap' maar de paus kwam er niet door terug. Dat de paus van Franse afkomst is én de Franse koning Filips IV de kerk weer naar zijn pijpen wil laten dansen, waren evenveel goede redenen voor de verhuis.
Avignon, het toen onbekend, slaperige Provençaalse stadje, werd meteen gebombardeerd tot een religieus, cultureel en politiek centrum. Na Paus Clement volgden nog zes Franse pausen. Ongeveer 70 jaar later (in 1377) laat de 7de Paus Gregorius XI, zich overhalen om terug naar Rome te keren. Na hem zal er tot 1417 zowel in Rome als Avignon een paus (een tegenpaus) resideren: de periode van het westerse Schisma. (zie ook vorig deel Châteauneuf-du-Pape)
Er werd een Pausenpaleis opgericht én talrijke paleizen voor kardinalen. Het is begrijpelijk dat de stad één van de politieke en spirituele hoofdsteden van Europa werd en nog steeds een belangrijk erfgoed bezit, dat in 1995 tot 'werelderfgoed van Unesco' is benoemd.
We stellen het ons voor: vroeger krioelden de straatjes hier van leden van de pauselijke hofhouding. Nu is Avignon een druk cultureel centrum dat elke zomer tot leven komt door een muziek- en toneelfestival. Massa’s toeristen komen hier bijeen, bezichtigen de vroegere rijkdom, kuieren langs de souvenirwinkels en genieten van de terrassen en levendige cafés rond de Place de l’Horloge en Place du Palais des Papes.
’s Zomers kreunt Avignon onder de brandende zon of onder de striemende mistral, maar nooit verliest de stad haar aantrekkingskracht. Het is een creatieve metropool waar al het goeds en lekkers van de Provence tot een levendige stadscultuur wordt gemengd.
De Place de l’horloge, het belangrijkste plein in Avignon dateert uit de 15de eeuw en is vernoemd naar de gotische klokkentoren boven het stadhuis. Hier en in de schaduw van het Palais de Papes is het heerlijk terrasjes doen! En in de kleine straatjes en steegjes rondom, zijn tal van leuke winkeltjes, ateliers, restaurantjes…
Hotel des Monnaies
Avignon is niet alleen een stad van de gotiek, maar heeft ook de architectuur die geïnspireerd is op de Italiaanse barok. Een mooi voorbeeld is dit adellijk paleis uit 1619. In de 17de eeuw beleefde de stad een tweede bloeitijd die zich uitte in de bouw van barokpaleizen. De eigenlijk veel te grote gevelreliëfs, met onder meer een koddige draak, proberen een tegengewicht te vormen voor de gigantische afmetingen van de Place du Palais.
Vooraleer we het grootste gotische bouwwerk van de wereld, Le Palais du Pape, bezoeken, gaan we in deze pauselijke stad een dansje maken 'sur le pont'.
Voor Fransen is de Pont d’Avignon, minstens zo belangrijk. Iedereen in Frankrijk kan het liedje 'Sur le pont d’Avignon' direct meezingen.
De halve brug is een blikvanger als je de stad binnen komt rijden. Al bijna drie eeuwen lang weerspiegelt wat er nu nog rest van het historisch bouwwerk in het water.
Via de Tour du Châtelet betreden we de brug.
Volgens de overlevering zou de brug gebouwd zijn door de herdersjongen Bénezet. Hij hoorde stemmen en kreeg de opdracht van een engel, die in zijn droom verscheen. Die vroeg hem om een brug te bouwen over de Rhône. Na het vertellen van zijn droom was iedereen onder de indruk. De jongen tilde een onmenselijk grote steen op, gooide hem in het water met de woorden: "deze steen zal de eerste zijn voor het fundament van de brug". Zo overtuigde hij de plaatselijke bevolking om hem te helpen. In 1189 werd de brug voltooid.
De brug was oorspronkelijk 900 meter lang en had 22 bogen. Het was in de 12e eeuw de enige vaste oeververbinding tussen Lyon en het Middellandse Zeegebied.
De brug werd bijna helemaal verwoest door Lodewijk VIII in 1226, bij een overwinning op Avignon. Na de reparatie werd de Pont meerdere keren beschadigd (door oorlogen en overstromingen van de Rhône) en herbouwd.
Rond 1680 brak de brug doormidden als gevolg van de steeds hogere waterstand. Er werd besloten om ze niet meer te herstellen en is de brug een ruïne gebleven. Er zijn nu nog vier bogen, genoeg voor een dansje.
Stoom afblazen met een dansje op de brug.
En verbroederen met twee leuke meisjes uit Taiwan.
De kapel die we op de brug zien, is de Chapelle St.-Nicolas. De Heilige Bénézet werd er begraven. In 1674 werd hij overgebracht naar de Celestijnenkerk.
Dans je mee op de melodie van Sur le Pont d’Avignon?