Dresden, de stad die uit puin en as is verrezen
Dresden is de hoofdstad van de Duitse deelstaat Saksen.
De stad behoorde vroeger tot Oost-Duitsland en staat vooral bekend om zijn barok- en rococo-architectuur. Ondanks dat de stad te lijden had onder grote bombardementen en verwoestingen is Dresden nog steeds een van de meest bezochte steden in de regio. Door voortdurende restauratiewerken, die nog steeds aan de gang zijn, worden de barokjuweeltjes in hun oude luister hersteld, zodat de stad weer het Florence aan de Elbe van vroeger wordt.
Kort stukje Geschiedenis
Het oorspronkelijke Slavische stadje Dresden werd in de 12de eeuw verduitst door de marktgraven van Meißen. Pas in 1485 viel de stad toe aan 'Albrecht van Saksen' (1443-1500), de eerste hertog van Saksen, van de familietak Wettin. Vanaf toen werd Dresden een belangrijke stad, een vorstelijke residentie.
Maar dé Gouden Eeuw van de Saksische hoofdstad was in de eerste helft van de 18de eeuw. Tijdens de regeerperiode van Frederik August II en zijn zoon Frederik August III (1694-1763) kwam Dresden echt tot ontwikkeling en werd Duitslands mooiste barokstad. August de Sterke had in de 18de eeuw zonder enige schaamte de staatskas leeggemaakt om de stad te verfraaien met kerken, paleizen en tuinen. De stad werd dan ook een kunst- en cultuurcentrum. Aangetrokken door de kunstlievende koningen kwamen tal van Italiaanse kunstenaars, vooral uit Venetië, naar het hof in Dresden. Italiaanse en Franse architecten kregen opdrachten en Vivaldi probeerde een baantje te krijgen aan het hof.
foto's: links August I - rechts Agust II (bijnaam, de Sterke)
Vanwege de vele barok- en rococoarchitectuur kreeg de stad de bijnaam Elbflorenz (Florence aan de Elbe). Hiervan getuigt de 'Zwinger', het beroemdste monument van Dresden. Het werd gebouwd als lusthof voor het houden van de vorstelijke feesten. Dresden kreeg ook de naam Parel van de Barok. De Zwinger, het Japanische Palaisen en Hofkircke zijn mooie voorbeelden hiervan. Maar ook de schitterende kunstverzamelingen van Frederik August II de Sterke en zijn zoon vormen een onmetelijke schat. Er zijn elf musea met werken van: Italiaaanse renaissanceschilders, Hollandse meesters, antieke beelden, prachtig porselein en een collectie van meer dan 3000 kunstvoorwerpen in een kasteel.
Aan deze schatten voegt Dresden, ook de bakermat van het Duitse expressionisme, nog tal van Duitse meesterwerken uit de 19de en 20ste eeuw toe. De 19de eeuw stond in het teken van de economische ontwikkeling. Rond de stad vestigden zich tal van fabrieken en industrieën die profiteerden van de nieuwe spoorverbinding (de lijn Dresden- Leipzig werd in 1839 geopend) en de stoomscheepvaart op de Elbe.
Een helse nacht
Al die schoonheid werd in één nacht vernietigd. Een paar maanden voor het einde van de Tweede Wereldoorlog, in de nacht van 13 op 14 februari 1945, werd Dresden het doelwit van een van de zwaarste geallieerde bombardementen, bedoeld om het moreel van het Duitse volk te breken. Na drie aanvallen met Lancaster-bommenwerpers werd het aantal slachtoffers op tot 135.000 geschat: de stad was voor 75% verwoest.
Het strategisch nut van de grote militaire operatie was twijfelachtig en de enorme geallieerde inspanning om een, al door vluchtelingen bevolkte, stad te treffen heeft veel discussie opgeroepen. Het lot maakte Dresden tot een martelaarsstad. Het barokke centrum ging in de vlammen op en verdween voorgoed van de kaart. Het 'Florence aan de Elbe' stond in lichterlaaie.
Er was, in die naoorlogse jaren, geen geld voor een wederopbouw. De partijleider Eric Honecker bepaalde: 'Eerst woningen voor de burgers bouwen'. Vooral in de Neustadt zie je nog veel 'Plattenbau', troosteloze woonkazernes die zo typisch zijn voor de DDR. De wederopbouw van het historische Dresden beperkte zich tot het 'gebrekkig' restaureren van enkele gebouwen zoals de Semperopera en de Zwinger (het prachtig paleis dat August de Sterke liet bouwen enkel en alleen om er grootste hof-festiviteiten te houden)
foto: ruïne Frauenkirche
De Frauenkirche had de bombardementen zonder al te veel grote schade doorstaan, maar de indrukwekkende koepel stortte ’s anderendaags toch nog met veel gedruis neer. Veel bleef er niet meer van over, een stukje zwartgeblakerde muur, het silhouet van een raam, een boog. De communistische autoriteiten wilden de puinhopen opruimen voor een parkeerplaats, maar stuitten op hevig verzet van de inwoners die de ruïne wilden bewaren ter nagedachtenis aan de talrijke burgerslachtoffers. Tot 2005 is de ruïne van de Frauenkirche als herinnering aan de oorlog bewaard gebleven.
Na de hereniging met West-Duitsland werd toch besloten de kerk weer op te bouwen, een gigantische opdracht en uitsluitend gefinancierd door privé giften: 130 miljoen euro. Met behulp van moderne computertechnieken heeft men alle brokstukken uit de puinhopen gerecupereerd, zorgvuldig genummerd en gecatalogeerd. Als je vandaag aandachtig naar de gevels van de Frauenkirche kijkt, zie je overal zwarte stippen zitten, precies op de plek waar ze vroeger ook zaten, een titanenwerk.
Het is al meer dan twintig jaar dat Ludwig Cousin alle restauraties coördineert en heroïsche gevechten heeft geleverd om de stad haar barokke uitzicht terug te geven. Maar dit gevecht heeft ervoor gezorgd dat het nieuwe barokke Dresden jaarlijks een miljoen bezoekers trekt. Elke keer als je Dresden bezoekt is er weer wat nieuws gerestaureerd of bijgebouwd. Je zou er eigenlijk elke vijf jaar eens moeten terugkeren. Sir Norman Foster heeft het 19de eeuwse station voorzien van een indrukwekkende koepel van glas en staal. Daniel Libeskind mocht het neoklassieke Museum van het Leger, resoluut in tweeën zagen om er symbolisch een glazen speer in te werpen.
Het gerestaureerde erfgoed – vooral de wonderbaarlijk mooi herbouwde Zwinger - en de herbouwde woonwijken, doorsneden met grote verkeersaders, geven Dresden die bijzonder mengeling van moderniteit en historie. De stad heeft veel van zijn oude uiterlijk verloren en vertoont helaas ook het stempel van het al te ver doorgevoerde socialistische modernisme. Veel inwoners vinden dat niet leuk en verklaren: 'We worden overdonderd door avant-garde projecten van prestigieuze architectenbureaus, het één al gedurfder en zotter dan het ander en als we het niet mooi vinden, worden we oerconservatief genoemd', aldus de vereniging Historische Neumarkt Dresden. De Prager Straße, verbinding tussen de stationswijk en de oude stad, is het opvallendste voorbeeld van het nieuwe urbanisme, met zijn brede promenades waaraan imposante gebouwen staan.
Men wil het oude Dresden terug, met haar smalle straatjes en trotse burgerhuizen, en dank zij het aanhoudende burgerprotest heeft de Neumarkt weer pastelkleurige gevels, niet helemaal zoals vroeger was, maar toch prettig versierd met krullen en frutsels. Dat achter die nostalgische façades hypermoderne winkelpassages en comfortabele designhotels schuilgaan, vindt iedereen prima.
Studenten, architecten en ingenieurs uit Dresden hebben jarenlang straten opgemeten, naar funderingen gezocht en aan de hand van oude ansichtkaarten en vergeelde foto’s het oude centrum nauwkeurig in kaart gebracht. In het Neumarkt Pavillon toont een maquette hoe het barokke centrum er vroeger uitzag, en aan de muur hangen de toekomstplannen zodat elke burger op de hoogte blijft van wat al die zwaaiende hoogbouwkranen in het centrum aan het doen zijn.
Dresden wordt door de Elbe in twee duidelijk totaal verschillende delen gescheiden.
Ten zuiden van de rivier ligt de Altstadt (historisch centrum) met de Zwinger, de opera en de kathedraal als blikvangers.
Aan de noordkant ligt de Neumarkt (nieuwe stad) rond de Albertplatz.
Ga je mee wandelen in Dresden?
Het is druilerig weer als wij naar de Brühlsche Terrasse stappen. Het is er altijd gezellig druk en op zonnige dagen glanzen de gouden koepels van de gebouwen in de zon en is het zalig genieten op de Brühlsche Terrassen langs de Elbe, met uitzicht op de sierlijke bruggen, die de oude en nieuwe stad met elkaar verbinden.
Dit panoramisch terras bevindt zich boven de oever van de Elbe, ten noorden van de Neumarkt. Dit architectonische hoogstandje wordt ook wel het balkon van Europa genoemd. Vanaf de kade kan je diverse boottochten maken en zie je de stad eens van een andere kant. Alle belangrijke bezienswaardigheden van Dresden liggen hier op loopafstand vandaan.
De Neumarkt is een perfecte afspiegeling van de vroegere grandeur. Rondom dit plein zijn statige panden te vinden waarvan een aantal met pastelachtige kleuren. Hier zijn goede restaurants en hotels te vinden.
Door zijn barokke uiterlijk en hoge afmeting springt de Frauenkirche er direct uit. Oud en nieuw gaan hier prima samen (hoewel nieuw vaak toch reconstructies van oud zijn). De Frauenkirche is sinds 2005 opnieuw in gebruik genomen. Het is een zeer fraai barokke kerk, die met oog voor detail is afgewerkt. Het gebouw is identiek aan zijn voorganger uit de 18e eeuw. De koepel is 23,5m in doorsnee en 95 m hoog.
De Frauenkirche is een evangelische kerk, maar ze wordt vooral gebruikt voor concerten. Er is plaats voor 2200 gelovigen.
Terwijl je naar Bach of Haydn luistert heb je alle tijd om vredig te genieten van putti en engeltjes, goudranken en kleurige bloementableaus.
We hebben ogen tekort om het interieur van de Frauenkirche te bewonderen.
In de crypte bevinden zich het stenen altaar van de Engelse beeldhouwer Anish Kappor en het graf van architect Georg Bähr.
Altstadtmarkt
Het plein waar de Katholische Hofkirche staat, is het belangrijkste en meest bruisende plein van de stad. Ook de Zwinger en Semperoper bevinden zich hier.
De Altmarkt is bekend om zijn gezellige cafeetjes met terras en de winkeltjes.
De voormalige katholieke hofkerk is het grootste religieuze gebouw van Saksen. De kerk heeft een klokkentoren van 85 m hoog. De Katholische Hofkirche werd, in opdracht van August III, gebouwd rond 1740. Dit gebeurde onder toezicht van de Italiaanse architect Gaetano Chiaveri, die destijds bekend stond als barokke bouwmeester. De Italiaanse beeldhouwer Lorenzo Mattieli was verantwoordelijk voor de prachtige beelden in de kerk die hoop, geloof, liefde en gerechtigheid symboliseren.
De sterke invloed van de Italiaanse barok blijkt onder andere uit de apostel- en heiligenbeelden op de attieken. Het bijzonder fraaie altaarstuk (1750) van Anton Raphaël Mengs op het hoofdaltaar stelt de Hemelvaart voor.
In de crypte bevinden zich diverse sarcofagen van Saksische koningen en prinsen, alsmede 'het hart' van August II de Sterke, wiens lichaam in de kathedraal van Krakow rust.
Zwinger
Dit barokke 18de eeuwse paleis, gebouwd ter ere van August de Sterke, is een van de hoogtepunten van het bezoek aan Dresden. Het was ooit onderdeel van het Dresden Fort. Het paleis raakte tijdens het bombardement van 1945 zwaar beschadigd en is met uiterste nauwgezetheid gerestaureerd.
Nu zijn in het gebouw vijf musea ondergebracht. Hier bevindt zich de porseleinen verzameling van de invloedrijke Dresden familie, ongeveer 750 antieke schilderijen in de beroemde Semper Galerij en de diverse kunstcollectie van de Staat met onder andere een paar duizend klokken en andere mechanische instrumenten.
Een beeld van de porseleinen verzameling
Semperoper
De officiële benaming voor deze vorstelijke opera is 'Sächsische Staatsoper'. De opera werd van 1871 tot 1878 gebouwd door Manfred Semper, een persoonlijke vriend van Richard Wagner. Nadat de oorspronkelijke opera verwoest was door de bombardementen in 1945, heeft men getracht dit te herstellen. Pas in 1985 is het na verschillende aanpassingen geworden tot wat het ooit was in 1841. Je vindt dit indrukwekkende gebouw aan het Theaterplein in het historische centrum van Dresden. Het Semperoper is in Italiaanse renaissancestijl.
De halfronde voorgevel bestaat uit twee verdiepingen met arcaden, bekroond met een derde, inspringende verdieping. In de nissen van de uitspringende zijdelen staan beelden van Shakespierre en Sophocles (links) en Molière en Euripides (rechts). Beroemde dirigenten als Karl Böhm traden in de Semperoper op, waar negen opera’s van Richard Strauss, waaronder de Rosenkavalier voor het eerst werden opgevoerd.
Residenzschloss
Dit Schloss was het stadspaleis van August de Sterke en van het hele hof.
August hield van mooie dingen en had naar verluidt 354 kinderen. Zijn biografie vermeldt zelfs tien officiële maitresses. Ondanks zijn deze drukke bezigheden vond hij nog de tijd om één van de mooiste kunstcollecties van Europa samen te stellen. Rembrandt, Rafaël en Rubens, maar ook Egyptische mummies, juwelen en natuurlijk porselein. De koning van Pruisen had in Charlottenburg een interessante collectie en August die niet kon onderdoen voor zijn aartsrivaal, werd de belangrijkste klant van de Porzellan-Manufaktur Meissen, die hij in 1710 zelf had opgericht. Ooit ruilde hij een heel regiment in tegen 117 vazen, kommen en schalen. De mooiste stukken zijn vandaag te bewonderen in een vleugel van de Zwinger, en zelfs als porselein je niet interesseert ben je gefascineerd door de schitterende manier waarop deze precieuze Japanse en Chinese stukken zijn tentoongesteld, met door de hoge ramen een blik op de barokke fontein en tuinen.
August inviteerde iedereen om naar zijn Raritätenkabinett en Kunstkammer te komen kijken en vooral naar de beroemde Grüne Gewölbe.
Gelukkig was men in 1942 zo slim wijs om de hele collectie schilderijen, zilver, goud, ivoor en juwelen in veiligheid te brengen in een burcht buiten de stad, zorgvuldig ingepakt en gecatalogeerd. Het paleis in renaissancestijl werd tijdens de Tweede Wereldoorlog vrijwel volledig verwoest.
De schatkamer van de hertogen van Saksen ging in 2006 na een langdurige en minutieuze restauratie weer open. De 500.000 werken uit de 13de – 20ste eeuw van het prentenkabinet worden in wisseltentoonstellingen getoond. De wapencollectie kreeg ook weer een plaats in het kasteel. Eind 2013 was het kasteel volledig in zijn oude glorie hersteld.
Het kasteel is vooral beroemd om zijn Grünes Gewölbe (groene gewelf) waarvan de wanden waren bekleed met malachiet. De toegang tot het Grünes Gewölbe is aan een strikt maximum aantal bezoekers gebonden. Het is dus aangeraden om vooraf plaatsen te reserveren of ’s morgens bij het opengaan van de loketten (om 8u) direct aanwezig te zijn.
Deze schatkamer is uniek in zijn soort. Nadat zij na de tweede wereldoorlog voorlopig elders was ondergebracht, keerden de meesterwerken van de edelsmeden en zilverbewerking die August II verzamelde, in september 2006 terug op hun oorspronkelijke plaats, in de zalen van het Historisches Grünes Gewölbe, zo genoemd naar de smaragdkleur van het hoofdvertrek.
Nog een paar beelden:
Japanisches Palais
Stadtmuseum
Taschenbergpalais-Kempinski
Beeld je in ... 'je vindt een vrij tafeltje op één van de terrassen van de neumarkt, je bewondert de vrolijke barokgevels in zuurtjeskleuren.
Het lijkt wel of Mozart of Bach hier elk moment kunnen voorbij komen, een dikke map met partituren onder de arm, op weg naar een concert in de Frauenkirche' ….
DÁT IS DRESDEN !
De Fürstenzug, een indrukwekkend tegeltableau van iets meer dan 100 meter lang waarop prinsen, koningen, hertogen, keurvorsten en markgraven uit het huis Wettin te zien.
Eigen foto's en foto's genomen via google
Volgend deel : De sprookjesroute van de gebroeders Grimm