De Rots van Gibraltar

 

We verlaten Tarifa en rijden langs Algeciras (een zeehaven aan de Straat van Gibraltar). Ook van hieruit vertrekken schepen naar Marokko.

Op een heldere dag lijkt Afrika zó dichtbij dat je bijna het gevoel hebt dat je het kunt aanraken. Vanaf de weg van Tarifa naar Algeciras zie je duidelijk het berglandschap aan de overkant.

Van in de verte zien we de rots van Gibraltar al liggen. De rots is 5 km lang, 2 km breed en is sinds 1704 eigendom van de Britten.

 

De foto's zijn genomen vanuit de auto.

De geschiedenis van Gibraltar is nauw verweven met zijn strategische positie. In 711 zette Tarik-Ibn-Ziyad hier voet aan wal met zijn Moorse troepen. Het was hun doel om het hele schiereiland te veroveren. In de 14de eeuw was Gibraltar het toneel van talloze confrontaties tussen moren en christenen, tot de Rots in 1462 definitief veroverd werd door de hertog van Medina Sidonia. Het belang van Gibraltar zwakte af tot het begin van de 18de eeuw. De Engelsen bezetten Gibraltar in 1704 tijdens de Spaanse Successieoorlog en kregen later de rots 'voor altijd' toegewezen. In de koloniale periode was The Rock van levensbelang voor de Engelsen, als bewaking van de toegang tot de Middellandse zee.

De inwoners van Gibraltar stammen af van Engelsen, joden, Polen, Portugezen en Spanjaarden die na de Vrede van Utrecht zijn gebleven.

 

Al meer dan 300 jaar is El Peñon (of the Rock) een doorn in het oog voor Spanje. Sinds de Engelsen, de Apenrots veroverden, eist Madrid dat Gibraltar aan Spanje wordt teruggegeven. Maar de 30.000 inwoners van de enclave, een bonte mengeling van vele volkeren, verzetten zich tegen elke verandering van de status quo. Ook al spreken ze zelf Spaans (Gibraltar is tweetalig), de aansluiting met Spanje willen ze in geen geval. Toch heeft Spanje in 1985 de sluiting van de grens, die in 1969 door Franco uitgevaardigd werd, weer opgeheven, zodat men nu ongehinderd Gibraltar binnen kan.

De laatste jaren zijn de spanningen over Gibraltar wat afgenomen en er wordt meer samenwerking verwacht tussen Spanje en Groot-Brittannië.

De Rots van Gibraltar is een ware legende. Deze schitterende kalkrots steekt 500 m boven het zeeniveau uit en is vanaf elke plek rond de baai te zien. Van dichtbij, naarmate er meer details zichtbaar worden, is hij nog kolossaler en mooier.

Gibraltar binnenrijden betekent aansluiten in een kilometerslange file en veel geduld hebben. Wij kregen de raad om de auto te parkeren in Línea, net vóór de grens met dit stukje Engeland, en lopend de grens over te steken.

De stad Línea ligt aan de Spaanse kant van de grens met Gibraltar. De naam 'de lijn', verwijst naar de muren die vroeger de grens vormden. Na de Britse invasie in Gibraltar moest een verdedigingslinie worden aangelegd, de 'Línea de Gibraltar'. Geleidelijk ontstond er een gehucht bij de linies dat steeds groter werd en in 1870 de status van een dorp verwierf.

In Línea, vlak voor de grens zijn er veel ondergrondse parkeergelegenheden. Hier laten we de auto achter en we gaan te voet Gibraltar binnen. We zien hoe elke auto grondig gecontroleerd wordt en hoe zo de files ontstaan. En zeggen dat er in 2010 nog geen controle was voor terreuraanslagen en IS.

Wij denken dat we zonder problemen (wandelend) de grens kunnen over kunnen, maar dat gaat niet zo gemakkelijk hoor! We betreden Brits grondgebied en moeten 2 maal de paspoortcontrole voorbijkomen.

Gibraltar heeft een eigen vliegveld. Nadat we de douane gepasseerd zijn moeten we landingsbaan oversteken om in de stad te komen. Die landingsbaan ligt over de straat en de voetpaden. Het is net alsof we een spoorweg oversteken, zo simpel is het. Maar het voelt vreemd aan. Met een beetje geluk ben je er net als een vliegtuig landt of daalt. Best bijzonder om dat van zo dichtbij te zien!

snel eventjes de landingsbaan op lopen :-)

In de dienst voor toerisme vragen we plannetje van Gibraltar en we krijgen meteen de nodige informatie over bussen, bezoeken enz. Personen die het eiland liever niet te voet willen verkennen, kunnen in de bus stappen en die brengt de toeristen naar alle bezienswaardigheden. Wij wandelen naar het centrum.

Wat voelt het hier een raar aan. Terwijl we ons een uur geleden tussen de Spanjaarden bevonden, zijn we nu in een tropische variant van een Britse stad. De bekende Britse dubbeldekker bussen rijden hier rond terwijl de temperaturen er mediterraan zijn. De typisch Britse rode telefooncellen staan broederlijk naast palmbomen. En op een terrasje bestel je in de felle Spaanse zon een Brits biertje.

Naast toeristen komen er hier ook veel Spanjaarden en Britten die een tweede huis aan de Costa del Sol hebben. Zij komen er hun boodschappen doen, alhoewel ik zie dat de meeste zaken een stuk goedkoper zijn op het grondgebied Spanje. Juist aan de grens zijn drank en sigaretten veel goedkoper. Maar voor de Britten ligt de attractie ook in de Engelse winkelketens (Marks&Spencer, Safeway, British Home Stores, etc.) die hier gevestigd zijn en waar ze hun marmalade, witte bonen in tomatensaus enz.. kunnen kopen. Je vindt er pubs, ale, fish and chips, pounds sterling en bobby’s.

Eventjes flaneren door 'Mainstreet' doet ons denken dat we in Engeland lopen.

We komen aan de kabelbaan. Die gaat van het stadscentrum naar de top van de 'Top of the Rock’, het hoogste punt van Gibraltar (450m en vaak in nevel gehuld).

Wij vallen bijna omver van de prijzen. Er is een vastgestelde prijs voor de kabelbaan, maar eenmaal boven betaal je extra voor een bezoek aan het natuurgebied Ape’s Den, voor St. Michale’s cave en voor het Moors kasteel ‘The Keep’. Hier maken we keuzes. Wij willen naar boven, naar de top van de rots en eventueel een stukje natuurgebied.

Als we boven aankomen zien we al meteen de attractie waarvan iedereen spreekt, de apen. De rots kreeg dan ook de naam Apenrots. Het bovenste deel van de rots is omgevormd tot natuurreservaat. Dit is een van de leukste plaatsen van Gibraltar. Hier leven de beroemde apen die eind 18de eeuw vanuit Noord-Afrika hierheen zijn gebracht door Britse troepen.

We bevinden ons in het domein van de staartloze apen van Gibraltar. Het zijn de enige in het wild levende apen in Europa. Ze worden echter wel gevoerd en in de gaten gehouden door het Britse leger. De apen hebben niet veel territorium meer om hun voedsel te verzamelen en om te voorkomen dat ze de stad gaan afstropen worden ze hier van natje en droogje voorzien. Een andere reden is het bijgeloof dat, zolang de apen op Gibraltar wonen, het in Britse handen zal blijven

Ze springen er lustig rond, maar we zijn gewaarschuwd. Het zijn kleine boefjes die zelfs eten uit plastic tassen weten op te vissen. Sommigen zijn brutaal en bespringen handtassen of rugzakken (op zoek naar voedsel of ander spullen). Ze durven ok wel met een fototoestel of filmcamera aan de haal gaan en die vervolgens van de rots afgooien.

We zien het opeens gebeuren. Eén jongen is wat onoplettend, loopt nonchalant rond met een open rugzak en wil er iets uithalen. Maar … er ligt een kaper op de kust! Iedereen schrikt op als de aap naar de rugzak springt. Een bewaker had het gezien, de aap krijgt ervan langs en loopt weg.

Wat hebben we hier boven een prachtig panorama. Terwijl we foto’s nemen en filmen hebben we het over: 'waarom Groot-Brittannië door de eeuwen heen zoveel belang heeft gehecht aan het bezit van de kolonie'. Vanaf de rots is de toegang tot de Middellandse Zee goed te overzien.

Niet eens zo erg ver zien we de Marokkaanse kust liggen. Het uitzicht is adembenemend. Ook wordt duidelijk hoe klein Gibraltar is en hoe dicht het bebouwd is.

We dalen af en kunnen nog wat genieten van groen in de stad of beter boven de stad. Hier wonen de apen als de toeristen naar huis zijn.

Als je vanaf de top van de rots afdaalt, kom je langs St. Michaels cave. Dit enorme grottenstelsel diende in de Tweede Wereldoorlog als militair hospitaal. De kalksteengrot is een indrukwekkend geheel met een hoogte van 62 m en een schat aan stalagmieten en stalagtieten. De hoofdgrot is omgetoverd tot een zaal voor concerten en theatervoorstellingen.

Door de rots lopen veel tunnels, die vooral gebruikt werden voor militaire doeleinden. The Great Siege Tunnels is een gangenstelsel van zo’n 60 km lang. Het werd door de Britten gegraven tijdens het Grote Beleg van 1779-1783 om de Rots te verdedigen.

Het Moors kasteel The Keep stamt uit de 14de eeuw en werd opgetrokken op de ruïnes van een kasteel uit de 8ste eeuw. Let vooral op de donjon. Het kasteel staat op een strategische positie van waaruit de hele baai bestreken kon worden.

Op het zuidelijkste puntje staat El Puenta de Europa, de Europa Point-vuurtoren, vanwaar het uitzicht op Afrika prachtig is. De kapel van Nuestra Señora de Europa en de moskee van Ibrahim-al-Ibrahim liggen er niet ver vandaan.

 

Wij gaan terug door Main street, richting douane.

Elke jaar passeren zo’n 4 miljoen mensen de grens bij La Linea om dit stukje Engeland dat tegen Andalusië zit aangeplakt, te bezoeken. Maar het is er ongelooflijk duur (vooral als je vergelijkt met Spanje) en de pond staat hier hoger dan in Engeland zelf.

Een gouden raad dus: 'koop niets wat je je niet écht nodig hebt'. De prijzen zijn er veel hoger dan in Spanje'.

We lopen opnieuw de grens over … na 2 maal paspoortcontrole en terug naar het hotel.

Vanavond genieten we van rust en ontspanning en natuurlijk een lekker avondmaal.

De rots van Gibraltar is kolossaal en mooi, de stad zelf vind ik weinig interessant.

 

In volgend deel gaan we naar Marbella en Puerto Banús