Granada: Kathedraal en Capilla Real

 

Na ons bezoek aan het Alhambra, de wijken Albaicin en Sacromonte, zijn we terug beneden, in het centrum van de stad Granada.

De kathedraal werd gebouwd in opdracht van de Katholieke Koningen, na de overwinning op de Moorse koning Boabdil.

Zoals vaker in de Spaanse steden moest de toenmalige hoofdmoskee wijken voor de bouw van de kathedraal. De kathedraal is het overwinningssymbool van de christenen op de moslims. Het resultaat is indrukwekkend.

De kathedraal had oorspronkelijk een gotisch ontwerp, maar het is door de lange bouwtijd vooral een renaissancebouwwerk geworden.  Aan dit kolossale renaissancegebouw met zijn barokgevel werd bijna 2 eeuwen (1523-1703) gebouwd. De barokgevel dateert van 1667. Het is één van de grootste kathedralen ter wereld (115 meter lang en 67 meter breed)

Wij hebben een toegangskaartje en moeten binnen aan de 'calle Cárcel Baja'. Hier zijn twee portalen. Op de Puerta del Perdón sieren twee schitterende wapenschilden de zijsteunen.

Het linkse wapenschild is dat van het Katholieke koningspaar, het rechtse is dat van Karel V (foto onder)

De kathedraal heeft vijf brede en hoge schepen, een kooromgang en dertien kleinere kapelletjes, waarvan er een populair is als trouwkapel. Dat getuigen de rijstkorrels die op de grond liggen.

De rijkversierde capilla mayor (hoofdkoor) heeft de vorm van een rotonde. Het gewelf is 46m hoog.

De pijlers rijzen op vanaf verhoogde voetstukken waardoor de ruimte nog hoger lijkt en de kathedraal het uitzicht krijgt van een renaissancetempel in romaanse stijl.

Een heel mooi rentabel in de kooromgang

De 18de eeuwse, typisch Spaanse orgels, met waaiervormige horizontale pijpen, tussen de eerste twee pijlers van het middenschip zijn buitengewoon indrukwekkend.

Het moet geweldig zijn als hier klanken uitkomen, we raken er niet op uitgekeken.

In tegenstelling tot andere Spaanse kathedralen, die meestal een nogal sombere uitstraling hebben, baadt dit overdadige bouwwerk in licht en kleur.

 

Nog mooie rentabels en zijkapel

 

Capilla Real

Het belangrijkste kunstwerk in de kerk behoort echter aan een heel ander bouwwerk toe, nl de Capilla Real. Deze Koninklijke grafkapel staat naast de kathedraal en heeft een aparte ingang.

De Katholieke koningen lieten deze grafkapel bouwen met de bedoeling te worden begraven in de stad die hen zoveel roem had bezorgd, de stad die als laatste overwonnen werd. En die kapel 'moest' er komen voordat de kathedraal er kwam. Ze werd gebouwd tussen 1505 en 1507.

Een schitterend reja (hek) van Maestro Bartolomé de Jaén omringt de mausolea en het hoogaltaar. Op het 16de eeuwse koorhek staat in het midden het wapenschild van de Katholieke Koningen met aan weerszijden hun embleem, het juk en de pijlen.

De reliëfs op de retabel verbeelden de val van Granada.

 

De twee dubbele mausolea in het dwarsschip zijn bijzonder mooi. Ze zijn uit Carrarisch marmer gehouwen. Ze zijn van het Katholieke Koningspaar en van hun dochter Johanna de Waanzinnige en Filips de Schone.

Bovenop zijn de liggende marmeren beelden van de beide koningen aangebracht, omringd door engelen die een slinger met wapenschilden dragen.

Ferdinand en Isabella rusten naast die van hun dochter ’Juana la Loca’ (Johanna de Waanzinnige) en haar man ‘Felipe el Hermoso’ (Filips de Schone).

Die van Isabella en Ferdinand zijn wat eenvoudiger, maar indrukwekkend. Let bij volgende twee foto's op het verschil tussen beide echtparen. Deze liggen 'dieper' dan hun dochter en schoonzoon. Het verhaal luidt dat intelligentie de oorzaak is: slimmere personen hebben zwaardere hersenen.

 

Een beetje verhoogd en wat opvallender zijn de rustplaatsen van dochter en schoonzoon (Johanna de Waanzinnige en Filips de Schone).

Een trap voert naar de crypte, waar de stoffelijke resten zelf, rusten in loden kisten.

Katholieke Koningen: links beeld van Isabella - rechts beeld van Ferdinand

 

 

Glazen kistjes beschermen Isabella’s kroon en Ferdinands zwaard.

 

In de sacristie zien we meer beelden van de twee vorsten en schilderijen van Vlaamse, maar ook Italiaanse meesters, vb. van Van der Weijden en Botticelli.

 

We verlaten Granada en rijden in volgend deel naar Guadix en het leven in grotwoningen.