Doel, het polderdorpje dat veranderde in een spookdorp
Er zijn heel wat spooksteden en -dorpen in de wereld. Maar er is er ook eentje dichtbij en zelfs in ons eigen kleine landje, België.
Links boven Antwerpen, tussen grote fabrieken en veel industrie, ligt Doel. Het was tot 1977 een zelfstandige gemeente met 1300 inwoners.
Nu, iets meer dan 40 jaar later wonen er nog slechts elf gezinnen. Het dorp telt meer vervallen dan bewoonde huizen.
De inwoners zijn gevlucht toen in de jaren ’60, de plannen voor havenexpansie en een nieuwe kerncentrale werden bekendgemaakt.
Sinds 1998 zijn er nieuwe plannen voor een nieuw dok dwars over het dorp. Dit kleine dorpje wordt door de oprukkende haven van Antwerpen langzaam opgeslokt. Deze plannen maken het dorp onleefbaar voor de inwoners. Ze zouden hun huizen moeten verlaten, hun vertrouwde dorp achterlaten.
Twee foto's van vroeger
Doel staat al jarenlang bekend omwille van zijn nucleair park, de 'fameuze kerncentrales van Doel'.
(foto uit 2011 => Nucleair chemicus Alain de Halleux waarschuwt dat er ook in België kernrampen kunnen gebeuren.)
Stukje geschiedenis van Doel - komt uit Wikipedia Eind 18de eeuw lag Doel op een schiereiland tussen de schelde en het verdronken land van Saeftinghe. Doel wordt voor het eerst vermeld in 1267 als ‘De Doolen’. De precieze betekenis is onduidelijk, mogelijk verwijst het naar de ‘dalen’ in de zin van uitgegraven zandhopen. In de middeleeuwen zouden De Doolen nog eilandjes in de Schelde geweest zijn. Het gebied rond Doel was oorspronkelijk veengebied en maakte deel uit van een brede oost-west georiënteerde veenzone over heel Zeeuws-Vlaanderen en het noorden van Oost-Vlaanderen. Vooral ten noorden van Doel, in wat nu het Verdronken Land van Saeftinghe is, was de veenlaag bijzonder dik. Vanaf de 13e eeuw werd in deze veenzone intensief turf gewonnen. Doel en omliggende gebieden behoorden oorspronkelijk toe aan de heer van Beveren, die de turfwinning stimuleerde. In 1571 werd Doel samen met Kieldrecht een afzonderlijke heerlijkheid. De turfafgraving in het veen verlaagde op veel plaatsen het bodempeil en maakte het gebied kwetsbaar voor overstromingen. Tegelijk kwam de Schelde vanaf de 12e eeuw steeds sterker onder invloed van de Noordzee. Daardoor raakten Doel en andere noordelijke delen van het Land van Beveren vanaf de 14e eeuw regelmatig volledig overstroomd en werden dijken en polders aangelegd. De dijken rond de Doelpolder werden verstevigd in 1567. Gans het middeleeuwse polder- en turfwinningstelsel in de streek ging in 1583 verloren bij catastrofale overstromingen in de 16e eeuw en de onderwaterzettingen om strategische redenen tijdens de Tachtigjarige Oorlog, voor het eerst bij het beleg van Antwerpen door Alexander Farnese. Doel en de Doelpolder werden vanaf 1585 bezet door de Staatse legers. Tijdens het Twaalfjarig Bestand (1609-1621) was de hele streek een desolaat gebied waar Scheldeoverstromingen en getijden vrij spel hadden. De dijken rond de Doelpolder waren echter nog rond 1567 extra versterkt en gedeeltelijk bewaard. Doel fungeerde als steunpunt in de oorlogslinies en ter hoogte van de huidige molen bevond zich een fort met een Hollands garnizoen.
De Doelpolder was het eerste gebied om opnieuw bedijkt te worden. In 1614 gaven de Staten-Generaal van de Republiek der Verenigde Nederlanden de toestemming om Doel te bedijken en werd begonnen met de planmatige aanleg van het dorp en de polder. Doel en de Doelpolder vormden zeer lang de facto een eiland, omgeven door de Schelde, kreken en slikken. De vandaag nog bestaande Doelse Polderdijk in het noorden vormde de grens met latere inpolderingen en laat een deel van de contouren van het eiland nog goed zien.
Doel hoorde kerkelijk bij de parochie Kieldrecht, dat in 1649-1654 opnieuw bedijkt werd. Het duurde tot 1792 eer Doel een zelfstandige parochie werd. In dat jaar werd Doel ook toegewezen aan de keizer van Oostenrijk en kwam het definitief bij de Zuidelijke Nederlanden. Pas na de Belgische onafhankelijkheid werd Doel een zelfstandige gemeente.
Doel en de kerncentrale
Op een kilometer afstand van het dorp ligt de kerncentrale, dominant in het straatbeeld van Doel. Vanaf verschillende punten in het dorpje zie je ze liggen. Deze centrale heeft de laatste jaren vaak het nieuws gehaald. In 1975 is die geopend met de verwachting dat de centrale maximaal 30 jaar stroom gaat leveren. In 2005 is er 10 jaar bijgekomen. Met de huidige plannen komt daar nog eens 10 jaar bij. Dus de centrale wordt ouder en ouder terwijl het al over de oorspronkelijke houdbaarheidsdatum heen is.
Het tweede grote probleem voor Doel is de uitbreiding van de Antwerpse haven. Hierdoor werden al enkele dorpen opgeslokt.
Zoiets gebeurt vaker - vb. er zijn kernen ten onder gegaan aan de haven van Rotterdam. Het havengebied Antwerpen is volop in ontwikkeling en het ene na het andere grote op- en overslagterrein schiet uit de grond. Dat is een hele mooie ontwikkeling voor de Belgische economie maar niet voor Doel.
De bewoners kregen weliswaar inspraak, maar zoals dat vaak gaat werden ze toch niet gehoord. Velen pakten hun biezen maar anderen gingen de strijd met de overheid aan. Nog altijd wordt er door het groep inwoners die gebleven zijn hard gestreden voor het bestaan van hun dorp met Doel2020.
Overal in het dorp komen leuzen terug die de strijd tot uiting brengen, de wanhoop en het verdriet druipt er vanaf.
Naast enkele bewoonde woningen heeft de kerk van Doel eveneens het chronische verval doorstaan. Plassen water rusten op de parkeerplaats voor het gebouw. Plukken groen zijn door het broze asfalt geschoten. Een van de berichten op de houten kerkdeuren deelt mee dat de kerk in gebruik is voor huwelijken, doopsels en begrafenissen. Al is het uiterlijk van het dorp er ondertussen behoorlijk op achteruit gegaan, de kerk en begraafplaats (hoe ironisch) worden nog door de gemeente Beveren onderhouden. Vaak flankeren verse bloemstukken de smetteloze zerken op rode grindsteentjes.
De status van Doel blijft tot vandaag echter onduidelijk. Elf gezinnen bezitten er nog een woning, die enkel via onteigening kan worden vrijgemaakt. Tegenstanders van de havenuitbreiding halen vooral de culturele rijkdom van het dorp aan, waaronder vele historische monumenten, zoals het Hooghuis (foto hieronder) en het unieke poldergebied, dat ook een belangrijke ecologische rol speelt in het Waasland.
tekst en foto komen van: https://www.flickr.com/photos/erfgoed/448212528
Het 'Hooghuis' in Doel (Beveren) werd gebouwd in 1613 voor rekening van het polderbestuur. Boven de deur vindt men de datum 1645. Het huis wordt in verband gebracht met Rubens omdat het waarschijnlijk eigendom geweest is van Jan Brant (vader van Isabella Brant, eerste echtgenote van Rubens) en later van Jan Van Broeckhoven de Bergeyck (tweede echtgenoot van Helena Fourment, na Rubens' overlijden). Mogelijkerwijze is dezelfde bouwmeester als deze van het Rubenshuis hartje Antwerpen, hier aan het werk geweest. Het huis heeft een monumentale, blauwe hardstenen deuromlijsting in vol plastische barokstijl. Het interieur is uiterst interessant, met onder meer eikenhouten zolderingen en twee monumentale barokschouwen uit de 17de eeuw. Het Hooghuis werd in 1978 beschermd als monument. Het pand wordt, samen met andere beschermde gebouwen en het hele dorp Doel bedreigd in haar bestaan.
Uiteindelijk gingen de plannen voor de uitbreiding van de haven niet door. Toen het dorp bijna leeggelopen was, kwamen er krakers. Zij vernielden een hoop en lieten een grote zooi achter. Ook graffiti spuiters leefden zich uit. Er zijn nu maatregelen getroffen. Het is strafbaar om huizen binnen te gaan. Op 1 september 2003 werd de dorpsschool gesloten, toen bleek dat nog slechts 8 leerlingen waren ingeschreven.
Uiteindelijk hebben velen het aanbod van de overheid "meer geld dan je huis waard is krijgen om elders een bestaan op te bouwen" aangenomen. Slechts een handjevol koppige bewoners is nog steeds vastbesloten zich niet weg te laten kopen. De elf gezinnen die er nog wonen, houden stand. Velen vragen zich af wat mensen bezielt om hier te willen blijven wonen. Er zijn geen winkels meer, geen scholen, geen enkele vorm van ‘communitylife’. Deze mensen, die gestreden hebben met Doel2020, proberen hun huis en tuin nog netjes te houden, maar voelen zich dagelijks bekeken door de ramptoeristen, die hun ellende komen aanschouwen in een soort vreemde nieuwsgierigheid naar vergane glorie.
Voor de achtergebleven bewoners is het hard. Sommigen gaan er psychisch aan onderdoor. Probeer je maar eens voor te stellen hoe het is om ergens te blijven wonen waar je bent opgegroeid, terwijl alle huizen om je heen leeg zijn komen te staan. De overblijvers zijn vaak op hoge leeftijd, geboren en getogen in Doel en vastberaden om niet uit het dorp te vertrekken. Ze verlaten niet alleen hun huis maar ook hun overleden dierbaren. Ze hebben angst dat de graven zullen verdwijnen. Zo is het ook met 'Emilienne Driesen'. Ze wordt 'de engel van Doel' genoemd.
Het is wel jammer dat de bewoners die gebleven zijn, extra maatregelen hebben moeten nemen zodat de vele toeristen niet in hun huis komen. Er hangt een papier met:' dit huis is bewoond'. Bewakingscamera’s houden een oogje in het zeil. Rode geraniums in de plantenbak of portiek schenken de woningen enige verfraaiing.
Als je Doel nadert, kom je een slagboom tegen met enkele huisregels. Er staan borden met diverse waarschuwingen. “Dit is een bewoond dorp, val geen mensen lastig, bewandel geen terreinen, betreed geen huizen! De huizen zijn mooi, majestueus, ooit woonden hier gezinnen, speelden kinderen op straat, hadden mensen elkaar lief in dit dorp. Vandalisme wordt gestraft”. s Avonds gaan die slagbomen dicht en kan je het dorp niet meer in.
Voor ramptoeristen is het moeilijk de drang te bedwingen als je in het dorp rondwandelt. De meeste mensen worden aangetrokken door onbewoonde en verlaten gebieden; het is dat gevoel van nostalgie, een soort heimwee die je voelt naar vervlogen tijden. Maar ook al ben je nieuwsgierig en zou je er binnen willen kijken … de politie is niet mals wanneer mensen zich niet houden aan de regels. Ze klagen je aan en je mag voor de rechter verschijnen, dus denk niet dat je wel eventjes in dat huisje, dat toch leeg staat, kunt gaan kijken.
Het is onvoorstelbaar dat mensen alles zomaar hebben achtergelaten. Als je kijkt over een hek in een tuin, zie je nog kinderschoentjes of een pop liggen. Je zou bijna denken dat de mensen met grote haast vertrokken zijn. Maar niets is minder waar, ze hebben jarenlang geprotesteerd tegen de verwoesting van hun dorp.
Als je door de straten wandelt maakt het wel indruk. Het is net alsof je op een filmset rondloopt. Misschien komt het door het straatpatroon.
Het voelt onwerkelijk aan, te recht en te keurig in een rij. Het zou zomaar een verlaten dorpje in Amerika kunnen zijn.
Dit is wat bedoeld wordt met vervallen huizen en een spookdorp: lege, met graffiti bekladde huizen, kapotte ruiten en overwoekerde tuinen.
Het is moeilijk te begrijpen dat zoiets kan ontstaan.
Ja, er is veel graffiti maar er zitten ook echt kunstwerken tussen. Kunstwerken waar je even stil blijft staan en die de boel op hun eigen manier opfleuren.
Ja, er is veel graffiti maar er zitten ook echt kunstwerken tussen. Kunstwerken waar je even stil blijft staan en die de boel op hun eigen manier opfleuren.
Bij het oplopen van de dijk, heb je mooi zichtlijnen en je ziet de twee boosdoeners steeds vanuit een ander perspectief. Aan de ene kant ligt Doel en aan de andere kant het water. Aan de ene is de kerncentrale en aan de ander kant de haven en daartussen staat een molen. Op de achtergrond brommen koeltorens van de kerncentrale.
De 17de eeuwse molen vormt met de kerk en het Hooghuis het drietal monumenten van Doel.
Er zijn twee cafetaria/restaurant in het spookdorp Doel. In Doel 5, Pastorijstraat 8, komen werknemers van de kerncentrale hier een pint pakken na werktijd of een hapje eten.
In de Molen op de dijk, Scheldemolenstraat 6, kunnen toeristen terecht voor een hapje en drank. Het klinkt misschien absurd dat juist op deze plek een levendig terras is.
Doel wacht duidelijk op zijn vonnis: blijft het bestaan of ontmoet het de sloophamer? We weten het niet. Tot het vraagstuk is beantwoord, draagt Doel ongewild de naam spookdorp. Het is een mooie desolate plek, met een prachtige geschiedenis en een hoogstwaarschijnlijk rampzalige toekomst.
Een geschiedenis die nu wordt begraven onder haven, kerncentrale en corruptie van de overheid. Geen mens die zich het lot van Doel nog aantrekt. Ach we kennen het allemaal, de verveling over verzet slaat toe en mensen vinden "dat ze er nu maar eens mee moeten stoppen". Die paar bewoners, wat stellen ze zich aan, het is maar een dorp.
Nee, het is niet 'maar een dorp'. Het is een dorp waar nu exact 400 jaar geleden werd begonnen met het stichten van een Dorp. Een dorp dat nu weer moet worden afgebroken, verlaten, leeg getreiterd door de overheid, omdat er andere belangen zijn ontstaan. Hoe groot de haven ook is, hij zal nooit groot genoeg zijn. Wat is, na Doel, de volgende stad of het volgende dorp dat zal moeten verdwijnen?
Het verdwijnen van Doel is nog altijd geen uitgemaakte zaak. Veel vertrokken bewoners hebben hun huis verkocht met het recht dit uiteindelijk terug te kopen, mocht het dorp toch niet verdwijnen. Ondanks dat de overheid er alles aan doet het dorp van de kaart te vegen, is het actiecomité tot op heden nog steeds gelukt het dorp te behouden voor definitieve vernietiging.
Volgens de rechtbank zijn de sloopwerken een inbreuk tegen de milieuwetgeving aangezien Doel nog steeds woongebied is. De werken hebben er volgens de rechter ook de schijn van om de resterende bewoners op een onredelijke en onverantwoorde wijze te verjagen. Wat natuurlijk precies de werkelijke bedoeling is. Als een huis weg is, kan er geen nieuw huis gebouwd worden en is dat in elk geval 1 gezin minder dat terug kan keren…
Laatste alinea komt uit krantenbericht
foto's werden genomen via google
Volgend deel : Brussel en het kleine, bekende manneke