Lente-uitstap naar Frans-Vlaanderen

 

Weg van de kust, rond Hazebroek en de Vlaamse bergen die hun ommeland domineren, ligt het Houtland.

Bergen? Ja, er liggen bergen in dit vlakke land, of althans heuveltjes. Als kralen van een snoer liggen ze op geregelde afstand van elkaar. Getuigen-heuvels zijn het, door de zee achtergelaten toen die zich vele duizenden jaren gelden van hier terugtrok. De vier Vlaamse bergen Katsberg, Kemmelberg, Rodeberg en Zwarteberg, zijn als vier bochels die zich over het laagland uitsteken.

8 april 2018.

We rijden iets verder, de grens met Frankrijk over en komen via een slingerende kasseiweg boven op de Kasselberg. Van op een hoogte van 176 meter hebben we een overzicht over de laagvlakte van Frans-Vlaanderen. Volgens Napoleon Bonaparte was Kassel in 1803 'het prachtigste schilderij dat de natuur in een vlak land had achtergelaten.'

Kassel, stad op de berg, is gesticht in lang vervlogen tijden. Haar ligging kwam op haar belegeringen en verwoestingen te staan. Toch zijn de identiteit en de charme van Kassel gaaf bewaard in de oude stadspoorten en dito herenhuizen, kleine herbergen, schilderachtige en hellende straatjes, de beroemde kasseien..

Het Hof van Cassel, nu een museum, heet in het Frans terecht Hôtel de Noble Cour.

De stad heeft een zeer aangename openbare tuin die de hele vallei van Vlaanderen domineert. Wij wandelen naar boven.

Van op de top van de Casselheuvel, waar een mooie houten windmolen staat uit de 18e eeuw, genieten we van een mooi uitzicht op de omliggende omgeving.

Meester van de wind

Tot in een vrij recent verleden was Vlaanderen een molenland. Trotse molens torenden boven het laagland uit. Samen met de belforten en klokkentorens waren de meesters van de wind, de reuzen van onze streken. Van de vele duizenden molens van de voorbije eeuwen bleven er in het begin van de 20ste eeuw nog een kleine honderd over. Slechts enkele tientallen overleefden de Franse en industriële revolutie, de Eerste en Tweede Wereldoorlog, storm en vuur en strekken nu nog hier en daar in het vlakke land hun met doek gespannen gevlucht de Vlaamse wolkenhemel in. Niet in alle molens werd graan tot meel vermalen. In slagmolens werd uit vlaszaad de lijnolie geperst waarmee de mensen hun olielampen brandende hielden.

De kasteelmeulen van Kassel, zo genoemd omdat hij op het koninklijke domein lag, dateert van 1629. Toen een spectaculaire brand hem in 1911 in de as legde, waren de Kasselberg en het kasteeldomein hun vertrouwde molen kwijt. Kort na de oorlog kocht de stad op initiatief van Gustave Descamps de verlaten Ruytoormolen van Arneke om hem stuk voor stuk over te brengen naar Kassel. Het was de eerste molen in de streek die bewust werd gerenoveerd om het erfgoed te beschermen. Op paasdag 1949 werd hij opengesteld voor het publiek. Nu trekt het rode zeildoek van zijn gevlucht van verre de aandacht …

De meeste molens zijn van hout, sommige hebben een stenen romp. De molenkast, die vaak om een spil draait, is een prachtig stukje timmerkunst. De molenmaker graveerde zijn naam en het bouwjaar in een van de eiken balken of op het pronkstuk van de molen, het aswiel, dat voor de overbrenging zorgt.

Het is niet precies bekend van wanneer de verdedigingsmuren van de stad werden opgetrokken. Zeker is dat Cassel gedurende de 17e eeuw tientallen jaren onder vuur heeft gelegen. De stad wisselde toen een paar keer van bezetter om uiteindelijk bij Frankrijk te behoren. In 1677 verloren de Hollanders hier een zeer belangrijke slag. Van zodra Cassel bij Frankrijk kwam heeft men de vestingwallen niet meer onderhouden of zelfs afgebroken. De open ruimte werd gebruikt om tuinen aan te leggen.

De wandelpaden die we volgen zijn ware 'flaneerpaden' langs waar bewoners en toeristen genieten van de zon en hun mooiste zondagse kleren konden tonen.

De natuur komt weer tot leven, zalig is dat.

Het was genieten, we dalen weer af naar het centrum van het stadje. Van wandelen krijgt een mens honger hé.

Op het plein beneden hadden we een gezellig restaurant gezien én een tafel op het terras gereserveerd. Het was de eerste maal, dit jaar, dat we buiten konden eten .. en het smaakte hoor!

lekkere 'picon vin blanc' als aperitief en zo'n grote!

Het was een heel mooie, zonnige lentedag.