Mooie natuur en idyllische dorpjes in de Alpujarras

 

Na onze stop in Lanjaron rijden we hoger de Alpujarras in.

De beroemdste plaatsen van de Alpujarra zijn de 'drie-eenheid': Pampaneira, Bubión en Capileira die achter elkaar aan de diepe Poqueira-kloof liggen, met de besneeuwde toppen van de Sierra Nevada op de achtergrond.

We waren reeds in 2010 in de drie dorpjes, maar toen was het een 'blitzbezoek'. Het was onze eerste reis in Andalusië, we hadden nog niet veel ervaring met het ineen steken van een rondreis. Er was vaak 'te' veel gepland op één dag. We konden minder genieten van de mooie natuur onderweg, want ’s avonds moesten we telkens weer op tijd in onze volgende logeerplaats zijn.

Nu hebben we ALLE tijd voor stops onderweg en rustperiodes om te genieten en foto's te nemen.

Ik heb geprobeerd op te zoeken welke bloem dit is. Ik denk de 'slanke harlekijn' of wilde orchidee (anacamptis morio pita).

De natuur en vergezichten op weg naar Pampaneira zijn heel mooi. Onderweg komen we voorbij een grot.

We gaan eens kijken. Er valt weinig te bespeuren. Na wat opzoekwerk weten we dat die grot vroeger gebruikt werd door herders. Tegenwoordig zijn ze een uitgekozen plaats voor jongeren met een romantische bui en soms schuilplaats voor een zwerver.

 

Vanaf de 'mirador' aan de overkant kijken we neer op het stadje Órgiva. Het ligt in de diepte, tegen een decor van de imposante bergen van de Sierra de Lújar.

De Alpujarras is een streek vol idyllische dorpjes, mooie natuur en een heerlijke lokale keuken. Het is minder bekend bij de massa’s toeristen.

Hier rondreizen staat dus voor rust en genieten.

 

Midden in deze Spaanse bergen, tussen Lanjaron en Pampaneira, op 1600m hoogte, ligt een Tibetaans boeddhistencentrum O-Sel-Ling (plaats van helder licht). Het werd in 1980 opgericht door Lama Yeshe en Lama Zopa Rimpoche. In 1982 werd het centrum zelfs bezocht door de Dalai Lama.

Het Spaanse jongetje O-Sel-Ling werd op vijfjarige leeftijd erkend als reïncarnatie van de opperlama Yeshé (een Tibetaanse geestelijk leider) en vervolgens naar India gebracht voor een speciale opvoeding in een lama klooster.

Er staat een witte stoepa, uiteraard met Tibetaanse vlaggetjes. Er is een retraiteplaats en een meditatiecentrum en kleine huisjes om er (tegen betaling) een korte tijd te verblijven. Binnenin het centrume staat een hele grote gebedsmolen waar met enorme letters ‘om mani padme hum’ op staat, de meest gereciteerde mantra in het Tibetaans boeddhisme.

 

De Alpujarras met dorpjes als Pampaneira, Bubion en Capileira horen tot het mooiste wat de provincie te bieden heeft, met de ruwe Sierra Nevada op de achtergrond, maar toch netjes beschermd en genietend van een mediterraan klimaat. Met de hand geweven kleden en gordijnen met Moorse patronen behoren tot de plaatselijke kunstnijverheid.

Pampaneira

We laten de auto staan op het parkeerplein aan de rand van het dorp en gaan verder te voet. Pampaneira is het meest toeristische van de drie dorpjes. De hoofdstraat, met winkeltjes vol lokale producten, leidt naar de Plaza de la Libertad met de barokke iglesia de la Santa Cruz (17de eeuw).

Met een overvloed aan winkeltjes die uitpuilen van potten, schalen, kleden en ham en veel restaurantjes aan schattige, sfeervolle pleintjes, is het hier voor de dagtoerist goed toeven.

De beste manier om de schattige dorpjes te verkennen is gewoon op goed geluk door de steegjes kuieren. In Pampaneira fabriceren enkele weefateliers nog ambachtelijke ‘jarapas’ (tapijten) met Moorse patronen.

 

Iets hoger op dezelfde helling ligt Bubion, een pittoresk dorpje met veel bloembakken aan de witte gevels.

 

En Capileira, die de poort van de Sierra Nevada genoemd wordt, is het hoogst gelegen van de drie. Hier is het rustiger ondanks dat het plaatsje een schoolvoorbeeld vormt van de typische Berberse architectuur in de Alpujarras.

foto van de typische platte daken (foto rechts)

Voor meer foto’s en uitgebreide tekst over die 3 dorpjes kan je lezen bij mijn vroeger geplaatst artikel uit 2010.

 

De streek staat bekend om zijn rauwe, gerookte ham (serranoham). Je ziet de hammen dan ook overal hangen.

Het eten is hier eenvoudig.

Een specialiteit is 'plato alpujarreño': varkensfilet, ham, worst en bloedworst, een spiegelei en gebakken aardappelen en pepertjes.

Het is tijd om verder te rijden. Bérchules is onze volgende bestemming. In dit piepklein dorpje zullen we de volgende dagen logeren.

 

Volgend deel : Bérchules & Casa Rural ’El Paraje’