Noorwegen en Lillehammer

Vorig deel: De Noorse fjorden, het neusje van de zalm

 

We reizen verder door een fascinerend land

Het is al onze derde dag. Na het ontbijt staan we klaar voor een bezoek aan het grootste openluchtmuseum van Noorwegen, nl. Maihaugen in Lillehamer.

Maar we zijn toch een beetje teleurgesteld - tijdens onze rit begint het te regenen.

Wat jammer, net nu we een openluchtmuseum zullen bezoeken.

Hoe is dit museum tot stand gekomen?

Het museum, op de heuvel van Maihaugen, is te danken aan de tandarts Anders Sandvig (1862-1950), die hier zijn praktijk had. Bij zijn behandelvisites op de boerderijen constateerde hij dat de houten cultuur van het dal stilaan verdween en de houten gebruiksvoorwerpen door keramische en metalen voorwerpen werden vervangen. Hij begon te verzamelen en liet zijn honorarium vaak in natura uitbetalen. Dit stond de boeren wel aan, want zij gebruikten de houten schalen en lepels toch alleen maar als brandhout. Toen Sandvig ook nog voorraadmagazijnen, hutten en schuren ging verzamelen, verklaarde men hem voor gek.  Al spoedig was zijn tuin te klein om de snel groeiende verzameling te huisvesten. In 1887 slaagde hij erin de gemeente Lillehamer zover te krijgen dat ze hem de heuvel Maihaug ter beschikking stelde.

Dit was de eerste aanzet voor het latere museum. Uit alle delen van het Gudbrandsdal werden objecten aangeboden, en tegenwoordig beschikt het museum over meer dan 1200 huizen en boerderijen, waarvan er veel volledig ingericht zijn.

 

Het oudste pronkstuk is de staafkerk van Garmo, waarvan de oudste delen uit de 12de eeuw stammen.

 

De 142 boerderijen, de huizen en herdershutten van dit prachtige openluchtmuseum, een van de grootste van Noord-Europa, liggen in een prachtig natuurpark.

In sommige gebouwen worden potten gebakken, wordt gesponnen en brood gebakken. Bijzonder interessant zijn de leraren-, dominees- en baljuwhuizen.

Er is ook een grote boerderij van enorme boomstammen en de zogenaamde Peer Gynt-hut uit 1700, waarin de held uit Ibens toneelstuk zou gewoond hebben.

We zijn in de boerderij van de farmer (1727)

 

Een nieuw gebouw huisvest een groot aantal ateliers van ambachtslieden, zoals lakenwevers, meubelmakers, geweermakers, bezembinders en ook de tandartspraktijk van Sandvig. De verzamelaar werd bij de Garmo-kerk begraven. Op het marktplein van Lillehamer staat een monument ter zijner eer.

 

Er zijn meisjes in klederdracht in de weer om de bezoekers de weg te wijzen.

Deze lerares nodigde ons uit om plaats te nemen op de schoolbanken en ze leerde ons een paar woordjes Noors.

1860 : we zijn leerlingen in de klas - meisjes, links en jongens, rechts

Lunchtime!

We rijden naar het centrum van Lillehamer. Dit gezellig stadje ligt aan de oever van  het langgerekte Mjøsameer. Lillehamer en omgeving zijn bekend geworden door de Olympische spelen in 1994. Maar ook voor die tijd was het voor de Noren al een zeer bekend en veel bezocht wintersportgebied. De natuur rond Lillehamer is nog heerlijk ongerept, het is heuvelachtig met uitgestrekte bossen en meren.
Het stadje zelf is sfeervol met een gezellige winkelstraat Storgate, cafés, restaurants, een bioscoop en musea.

Het is jammer dat wij, gewapend met regenjas en paraplu, op stap moeten.

Hier heb ik het allereerste geschenkje gekocht voor het 'eerste' kleinkindje dat op komst was. Mijn schoondochter was toen pas 3 maanden zwanger.

Wij zagen een prachtige knuffel liggen, een heel mooi rendiertje. Daar konden wij niet aan weerstaan.

Onder leiding van onze gids rijden we naar het Olympiapark, waar we vanaf de springschans een  heerlijk uitzicht hebben op de stad.

Het Olympisch dorp is ondertussen ontmanteld, maar de hotels staan er nog, zodat Lillehammer zeer geschikt is voor een overnachting.

 

Volgend deel: Gudbrandsdal en Ringebu