Memphis en Saqqara

 

We hebben de piramiden van Dahsur verlaten en rijden verder naar Sakkara!

beeld langs de weg

 

Tijdens de rit vertelt Tari vertelt over Memphis en zijn dodenstad, Sakkara. Haar verhalen boeien en het is zo fijn dat we onbeperkt vragen kunnen stellen!

Memphis (Memfis) is een oud-Egyptische stad op de westelijke oever van de Nijl, ongeveer 20 km ten zuiden van het huidige Caïro. Het was drie duizend jaar lang een van de belangrijkste steden van Egypte. Het toenemende belang van andere steden en jaren van voortdurende vernieling maakten, samen met de jaarlijkse overstroming van de Nijl, de eens zo bloeiende stad nagenoeg volledig met de grond gelijk. Nu is er eigenlijk niet veel meer dan een soort openluchtmuseum over : wat palmbomen tussen enkele ruïnes, een paar heuveltjes en puin in een eeuwige staat van renovatie. Nogal teleurstellend en enkel interessant vanwege de historische achtergrond.

De voorspelling van de profeet Jeremia : “Memphis zal tot een woestijn herleid en volledig verwoest worden en onbewoond blijven”, is uitgekomen. Het is niet te begrijpen dat er maar ruïnes overgebleven zijn van deze oude en beroemde hoofdstad, die eeuwen lang bekend was voor haar pracht.

Bij de opgravingen werden twee kolossale beelden teruggevonden van Ramses II. Eén ervan, in roze graniet, bevindt zich op het stationsplein van Caïro. Het tweede, 13 m hoog, ligt neer in een schuilplaats. Een beetje verder staat een sfinx, uit één blok albast gehouwen.

de foto' s uit Memphis heb ik genomen via google.

 

Saqqara (Saqqarah of Sakkara)

Saqqara was de koninklijke necropolis van Memphis, de hoofdstad van het Oude Rijk. Naarmate Memphis groeide, dijde ook de dodenstad uit, totdat deze wel 7 km lang was. Daarna werden er nog enige tijd hoge ambtenaren begraven, maar uiteindelijk hield ook dat op en raakte Saqqara bedolven onder het zand ; alleen de piramide van Djoser was nog zichtbaar.

In 1851 ontdekte  Auguste Mariette het Serapeum (waar de heilige stieren van Apis werden begraven) en sindsdien zijn er regelmatig vondsten gedaan.

De Apis is een Egyptische godheid die wordt  voorgesteld als een stier met een zonneschijf tussen de horens.

Auguste Mariette (geboren in Frankrijk) was een van de eerste professionele Egyptologen. Hij verrichtte vele opgravingen en was ook de oprichter van het Egyptisch museum. Hij deed nog heel veel belangrijke ontdekkingen, een voorbeeld is de piramide van Chephren en de beelden die erin stonden. Auguste Mariette werd na zijn dood begraven in een sarcofaag.

Sakkara is genoemd naar de god Sokaris, die de beschermer van de doden en de god van de vruchtbaarheid genoemd werd. Met zijn 7 km lang en 1,5 km breed, is dit de meest uitgestrekte dodenstad van gans Egypte. Het is ook de meest interessante vanuit historisch standpunt omdat farao’s, prinsen en onderkoningen van  alle dynastieën er vertegenwoordigd zijn, van het eerste tijdperk tot aan de Perzen.

 

Sakkara .. hier is de geschiedenis van de piramides begonnen. Van het oude rijk tot de tijd van de Ptolemaeên, alle farao’s, groot en klein, wilden hier begraven worden.

We betreden het terrein door een poort die deel uitmaakt van een ‘gereconstrueerd’ deel van de muur die vroeger het hele terrein omringde ( 544 x 277 m)

Het omheinde terrein rondom de piramide zette de toon voor verdere kunst en architectuur.

We wandelen langs 10,5 m hoge muren, naar een complex met ruime, open binnenhoven, paviljoenen, tempels en kapellen.

Er is een zuilengalerij met 40 zuilen, geribbeld als de stammen van palmbomen en die leidt ons naar Grote Zuidhof waar Tari ons wijst op een gerestaureerd muurdeel, met een cobrafries.

In de nissen van de imposante kalkstenen muur zijn veertien portalen ingebouwd, maar alleen het portaal in de zuidoostelijke hoek vormt ook werkelijk de ingang. Een kleine vestibule, met enkele stenen schijndeuren, leidt naar de zuilengalerij. Zuilen in de vorm van payrusplanten laten 42 inhammen ontstaan langs de muur. Men veronderstelt dat hier beelden van goden of koningen hebben gestaan.

Het geheel is een reconstructie van Franse architecten.

 

MAAR ... hét bekendste monument, in het hart van de necropolis, is de wereldberoemde trappiramide van Djoser.

De piramide van djoser was de eerste piramide in Sakkara en daarmee ook de eerste piramide in de geschiedenis.

De trappenpiramide is 60 m hoog met zes hellende lagen van 8,5 m tot 11,5m en een grondoppervlakte van 109 op 121 m.

De bouw verliep niet volgens een vast plan: eerst werd er een mastaba boven de ondergrondse grafkamer gebouwd, waarop na verschillende uitbreidingen een piramide in vier lagen werd opgericht.

Er zijn in de omgeving nog altijd opgravingen bezig en ook de piramide zelf wordt nog gerestaureerd. De piramide had nog niet de pure piramide-vorm, maar loopt trapsgewijs naar boven.

Het ware koningsgraf bevindt zich in een kamer onderin, op 28 m diepte. De toegang is echter gesloten. Het zittende beeld van Djoser is weggehaald, we zagen het in het Egyptisch museum.  Men vindt er de eerste verzameling van geschriften uit het Oude Rijk. De hiërogliefen, die in het groen geverfd zijn, verzekerden aan de overleden farao bescherming in het hiernamaals.

De beroemde architect ‘Imhotep’ was de bouwmeester van deze trappenpiramide van Djoser. Imhotep, erkend als de eerste architect in de geschiedenis, gebruikte ook voor het eerst in de geschiedenis kalksteen in plaats van tegels. Na zijn dood werd Imhotep vergoddelijkt en vereerd als god van de geneeskunde, net als Asklepios.

Rond de grote piramide zijn talrijke mastaba’s en graven, laatste verblijfplaatsen van de priesters, edelen en dignitarissen van het koninkrijk, die de toelating hadden gekregen om in de schaduw van de koninklijke piramide te worden begraven. Sommige zijn beroemd om de bas-reliëfs, die met veel details over het dagelijkse leven in Egypte vertellen.

 

Tari wandelt met ons door de dodenstad Sakkara. (Tari, links in het zwart gekleed)

Ze raadt ons aan om de Mastaba met het graf van Ptahhotep te bezichtigen.

Hij was de hoofdpriester en onderkoning van koning Oenas.

De reliëfs zijn heel mooi en nog kleurrijk! Hier mochten geen foto’s gemaakt worden. Ik haalde volgende twee foto's van het internet, via google.

 

We stappen verder in een ‘straat van tombes’. Het was vroeger een pad omgeven door sfinxen (die zijn nu bedolven onder zand) . Er zijn veel tombes gesloten.

Zo komen we aan de mastaba van Ka-Gmni.

In dit grafmonument rust Kagemni, een hoogwaardigheidsbekleder aan het hof van farao Teti. De bas-reliêfs van deze mastaba zijn van goede kwaliteit. In de eerste zaal zien we danseressen en sublieme scheepstaferelen, met onder de boten alle mogelijke dieren die in de Nijl leefden : diverse vissoorten, kikkers, calamares, krokodillen … er is een prachtige verzameling vogels. ook afbeeldingen van het leven op het land en van de jacht op nijlpaarden. Aan het einde is het graf en een zaal met een valse (open) deur; daarachter liggen offerandes voor Kagemni

Iets verder is de mastaba van prinses Idoet.  Zij was de dochter van koning Oenas. Ze was een prinses uit de 6de dynastie. Idoet betekende het ‘jonge meisje’. Haar graf ligt tegenover de ingang van de piramide van haar vader. Vijf van de tien kamers van het graf zijn versierd met series reliêfafbeeldingen, de andere ruimtes waren waarschijnlijk voorraadkamers

 

Het complex is erg uitgebreid en de zon brandt terwijl we verder op zoek gaan, onder begeleiding van Tari.

En dan komen we aan de piramide van Titi (Teti)

De piramide bevindt op de rand van het plateau naast het dal. Hij is halverwege de 19de eeuw opgegraven, maar sindsdien weer bedekt met zand.

Hier zit Tari voor de ingang en vertelt ons meer over Titi en zijn piramide.

Teti was de eerste farao van de 6de dynastie en opvolger van Oenas.  Ook dit bouwwerk is in slechte staat, toch was het ten tijde van het Oude Rijk 53 m hoog. Het interieur is perfect bewaard gebleven, en bevat een van de beroemde ‘piramideteksten’,  prachtig gebeiteld in de muurkalk. Deze teksten waren een hulp om de ziel van de farao veilig naar Ra, zijn hemelse vader te laten terugkeren.

Soms is de piramide gesloten en in een van de grafkamers (bereikbaar via een steile schacht en een lage gang) zijn de blokken van een sterpatroon van het gewelfde plafond ingezakt.

Wij gaan langs de steile trap naar beneden, we mogen niet fotograferen in de graftombe maar er is een oude Egyptenaar (bewaker?) die ons meehelpt om binnen te gaan.

Als we binnen zijn, kijkt hij stiekem naar buiten, hij ziet niemand anders komen en doet teken dat we vlug een foto kunnen nemen – hij houdt natuurlijk ook snel zijn hand open!

Sttt … doet hij als we buitenkomen .. slimmerds zijn het die Egyptenaren!

We wandelen verder langs heel wat mastaba’s en graven,  sommige zijn nog gaaf, andere erg beschadigd.

en langs de resten van de daltempel van Oenas

We lopen rond de grote piramide. Hier staan we werkelijk aan de rand van de woestijn. We proberen ons een zandvlakte voor te stellen, die doorloopt van hier tot aan Marokko!

De restauratiewerken aan de muur, de zuilen en tombes, graven en mastaba’s zijn nu zo ver gevorderd dat duidelijk wordt hoe het uitgestrekte grafcomplex er ooit moet hebben uitgezien. en er is nog veel werk aan de winkel.

Maar het resultaat mag gezien worden. Dit wordt een nieuwe ingang naar een graf waarvan het interieur nog gaaf is.

Het groot binnenplein, met huizen aan de noord- en de zuidkant, de tempels, de dodentempels voor de ingang van de piramide (noordkant) en de Serdad waar het beroemde beeld van djoser werd gevonden, worden in ere hersteld.

Het is allemaal zo overweldigend en de verhalen van Tari zijn zo boeiend.

Maar één iets is erg vervelend. Zodra Tari ons de kans geeft om iets te gaan bezichtigen, fotograferen of filmen moeten we steeds maar opdringerige Egyptenaren van ons moeten afslaan.

Ze staan op de loer om toeristen te strikken. Als we niet opletten, hebben ze ons bijna op een kameel gezet, eer we het zelf beseffen - niet te doen, hoe lastig die mensen kunnen zijn!


Wij hebben helemaal GEEN zin in een duur ritje door de woestijn én we hebben nog andere zaken op ons programma van deze dag.

 

Volgend deel : Tapijtenschool in Egypte en lunch

 

Van de plaatsen waar ik zelf geen foto's mocht nemen heb ik ze gelabeld via google.