Reis door de tijd - openluchtmuseum (deel 5)

 

In het Nederlands openluchtmuseum te Arnhem komt geschiedenis tot leven.

Scheepswerf, Marken (N.H)

Anno 1885 startte deze scheepswerf als reparatiefiliaal van de werf van Monnickendam. In Monnickendam werden vissersschepen gebouwd, maar voor reparatie en onderhoud kwam de marker vloot naar scheepswerf De Hoop op het eiland zelf. Dit gebeurde vooral in de zomermaanden; de helling lag dan meestal vol. De boten werden hersteld, de bodems ontdaan van zeepokken en schelpdieren. Tenslotte kregen ze een nieuwe teerlaag. De werf lag op het eilandje en was alleen via een lange loopbrug te bereiken.

Vissershuisje, Marken (N.H.)

Vóór de afsluiting van de Zuiderzee leefden bijna alle bewoners van het eiland Marken van de visserij. Dat zie je terug in de inrichting van hun huizen : meegebrachte voorwerpen uit de landen rond de Noordzee verfraaien de woon- en pronkkamer. In dit huisje, dat net als alle andere huizen op het eiland uit hout werd opgetrokken, woonde een heel gezin. Er werd gekookt op open vuur in de woonkamer, terwijl de rook een uitweg vond via een luik in het dak. Het ontbreken van sanitaire voorzieningen en een schoorsteen, waren niet bepaald bevorderlijk voor de gezondheid.

Schapenboet, Texel (N.H)

Een Texelse schapenboet laat zich best vergelijken met een inpandige hooiberg volgens het principe van de stolpboerderij : een vierkante onderbouw met een piramidevormig dak. Het eiland Texel is altijd bekend geweest om de schapen die er werden gehouden. Ze waren topleveranciers van wol, maar vooral van vlees.

Tolhuisje, Bedum (Gr.)

In dit huisje uit het Groningse Bedum woonden vanaf 1850 de tolgaarder (tolbaas) en zijn familie. Hij inde het geld van reizigers, als bijdrage voor aanleg en onderhoud van het stuk waarvan zij gebruik maakten. Dankzij het vooruitspringende middengedeelte van het huisje had de tolgaarder goed zicht op de weg en het tolhek. Tolgaarders verdwenen toen het gemotoriseerd verkeer via de wegenbelasting in één keer voor alle wegen ging betalen.

Nu demonstreert een weefgroep er het gebruik van weefgetouwen.

Schuurtje, 't Woold (Gld)

In dit kleine schuurtje, afkomstig uit de Achterhoek, staan twee weefgetouwen. In de streek tussen Zutphen en Winterswijk vormde textielindustrie een belangrijke bron van inkomsten. Veel keuterboertjes konden van landbouw alleen niet rondkomen, maar verdienden wat bij met het bewerken en weven van vlas voor kooplui uit de buurt. Het werk van de huiswevers herkende je aan de wat grovere structuur.

Arbeidershuisje, Zandeweer (Gr)

Deze arbeiderswoning uit de Hoofdstraat van Zandeweer in Groningen is gebouwd in de tweede helft van de 19de eeuw. Het Groningse dorpje ontwikkelde zich in die periode tot een echt tuinbouwdorp, waar voornamelijk vroege aardappelen, groenten en na 1900 ook fruit werden geteeld. Ook de bewoners van dit arbeidershuisje vonden hierin hun belangrijkste bron van inkomsten. Om een extraatje erbij te hebben hield het gezin nog wat kleinvee in een houten schuur. De woning wordt hier in gebruik genomen als tentoonstellingsruimte.

Tuinderswoning, Beemster (N.H)

Dit kleine huisje, oorspronkelijk gebouwd in Beemster (N.H.), werd bewoond door een tuindersknecht. Hier kan je een foto van jezelf  laten nemen – in kleding en een setting uit ca 1910, tegen betaling uiteraard.

Smederij, Loerbeek (Gemeente Bergh, Gld.)

Dit is de smederij van Frans Lambooy, dorpssmid en rijwielhersteller te Loerbeek. De oude smidse was lange tijd de laatste getuigenis van de ambachtelijke periode in Loerbeek. In 1989 werd de smederij afgebroken en kreeg vier jaar later een tweede leven in het museum.

Travalje, Scherpenzeel (Gld.)

Een travalje is een paardenhoefstal die hoort bij een hoefsmederij of bij een gewone smederij waar paarden werden beslagen. Travaljes stonden in de smederij zelf of erbuiten, al dan niet voorzien van en afdak.

De naam travalje is via het Middelnederlandse Travaelge afgeleid van het Latijnse 'trepalium', een uit balken bestaand (folter)werktuig.

Goederenoverslagloods Van Gend en Loos, Tiel (Gld)

Medewerkers van 'Van Gend & Loos' zorgden van 1796 tot 2003 in deze winderige loods op het stations-terrein van Tiel voor de opslag van goederen en dieren. Vanuit spoorwagons werd vrachtgoed via de loods in wagens geladen voor verder transport. Fruitproducten (De Betuwe), conserven, elektrische apparaten en metaalproducten (Daalderop), maar ook pakketjes van de gewone burger werden via Van Gend & Loods verstuurd.

Remise, Arnhem (Gld)

Dit is een replica van de tramremise zoals die aan de Westervoortsedijk in Arnhem stond. Hier werden de trams van het gemeentelijk vervoerbedrijf gestald, onderhouden en zo nodig gerepareerd. De remise werd in 1944 tijdens een bombardement bij de Slag om Arnhem volledig vernietigd. Na de oorlog maakten trams plaats voor trolleybussen. Arnhem werd trolleystad; nog resterende tramrails werden uit de straten verwijderd.

Tramhaltehuisje, Arnhem

Reizigers in Arnhem troffen op de stadspleinen licht en ruimere wachthuisjes. Ze vonden in de statige gebouwtjes beschutting tegen wind en regen terwijl ze wachtten op de tram. Deze tramhalte is een replica uit 1925 ; het stond op het toenmalige stationsplein van Arnhem.

Ons volgend bezoek is een boerderij in Etten-Leur ... een dorpsschooltje in Drente ... en nog meer ..

 

Volgend deel : Reis door de tijd - openluchtmuseum (laatste deel)