Gudbrandsdal en Ringebu

 

Na de lunch rijden we verder door het prachtige Gudbrandsdal, de toeristische slagader van Oost-Noorwegen.

De natuur in dit enorm grote dal is zeer indrukwekkend.

Het is één en al afwisseling met zijn vele boerderijen, vriendelijke dorpjes, snelstromende riviertjes.

Gudbrandsdal wordt ook het ‘dal der dalen’ genoemd. Het kreeg deze erenaam in de 19de eeuw. Het is ook nu nog een voorbeeld van een Noors dal en (inherent daaraan) een rijke boerencultuur. De grote herenboerderijen liggen halfweg de hellingen en dat biedt drie voordelen: de zon schijnt hier langer dan beneden in het dal, het is een veilige plek bij hoogwater en naar de hooivelden in de zomer is het even ver als naar de houtkapplaatsen in de winter. De kleine boerderijen, die op ongunstige plekken gebouwd werden, zijn het leengoed van kleine boeren of van niet-erfgerechtigde zonen van een herenboer. De dorpen in het dal zijn pas in de 19de eeuw ontstaan.

 

De herenboeren regeerden hun boerderijen als absolute vorsten. Zij spraken recht en hielden gebeds- en kerkdiensten. Zij moesten hun toestemming geven voor het huwelijk tussen knechten en meiden en vaak genoeg eigenden zij zich het recht toe de bruid zelf 'in te wijden'. Alleen de eerstgeboren zonen waren erfgerechtigd, de anderen konden als knecht op de boerderij blijven of weggaan. Op de boerderijen woonden permanent ongeveer 100 personen, alleen het gezin van de herenboer woonde in het hoofdgebouw. Daarnaast stonden er nog een gebouw voor de oude boeren en de verschillende groepswoningen voor de knechten en meiden, die zo ver mogelijk uit elkaar lagen. Getrouwd personeel woonde meestal in eenvoudige huizen buiten de boerderij. Zij hadden zich vóór hun huwelijk moeten verplichten ook hun kinderen op de boerderij te laten werken.

Het is dan ook te verstaan dat er op lange winteravonden op de boerderijen veel verhalen werden verteld. Enkele hiervan werden in de wereldliteratuur opgenomen, zoals bv. Peer Gynt van Henrik Ibsen (geschreven in 1867).

De legende van de lichtzinnige waaghals die na vele avonturen gelouterd naar zijn jeugdliefde terugkeert en rust vindt werd door Ibsen met de nodige dichterlijke vrijheid omgevormd tot een toneelstuk. Samen met de muziek van Edvard Grieg (1876) is het toneelstuk erg beroemd geworden.

 

Het Gudbrandsdal behoort tot de droogste en zonnigste streken van Noorwegen. Iets verder noordwaarts strekt zich een gebied uit met woeste bergtoppen, talloze meertjes en kristalheldergroen gletsjerwater.

We volgen een stukje de weg van Peer Gynt, tot in Ringebu.

Ringebu ligt op182 meter boven zeeniveau. Het skigebied Kvitfjell in Ringebu werd gebruikt tijdens de Olympische winterspelen in 1994.

Wij maken we tijd voor een bezoek aan een pittoreske staafkerkje. Na de invoering van Christendom in Noorwegen (1000 tot ca. 1537) werden er zo'n 1000 staafkerken gebouwd in dit land. Er zijn er slechts 28 overgebleven. De staafkerk van Ringebu stamt uit de vroege dertiende eeuw (1220).

 

Het is een prachtige staafkerk met een heel bijzonder interieur. Het fraai bewerkte altaar is origineel. Er zijn nog resten van de originele beschildering, zoals drakenkoppen en fabeldieren. De overige kerkschatten komen uit verschillende andere kerken, die gesloten werden. 

Wij mogen, in kleine groepjes, binnengaan maar het is verboden om binnen foto's te nemen. In deze kerk vinden vaak orgelconcerten plaatsen en het is ook een zeer geliefde trouwkapel.

Rondom het kerkje ligt, zoals op veel plaatsen in Noorwegen een uiterst zorgvuldig onderhouden kerkhof. Ze hebben er waarschijnlijk een tuinman in dienst. Ieder graf heeft een mooi onderhouden klein bloemenperkje.

Het is er heerlijk om op een bankje te gaan zitten en te genieten van het uitzicht. De kerk is op de hoge oever van de rivier gelegen, dit in verband met de voorjaarsoverstromingen als de wintersneeuw en de gletsjers beginnen te smelten en de vallei onder water zetten.

Er zijn ook héél oude graven uit leisteen gekapt, daterend uit de tijd van de Vikings.

 

Vooraleer we onze reis verder zetten, nog een beetje uitleg over staafkerken. Staafkerken zijn onvervangbare cultuur monumenten en slechts in Noorwegen zijn er zo veel overgebleven. Het kenmerk van een staafkerk is dat de constructie bestaat uit ronde houten hoekstijlen/kolommen (de zgn. staven) met daartussenin planken wanden die op horizontale balken (liggers) rusten. Zo'n wand wordt een staafwand (stavvegg) genoemd. In zo'n constructie zijn nergens spijkers te vinden, alles is in elkaar gezet door middel van pen-en-gat verbindingen.
Bij de allereerste staafkerken die werden gebouwd, werden de masten in een gat in de grond geplaatst. Hoewel dat voor voldoende stabiliteit zorgde, hielden deze bouwwerken niet lang stand, omdat de palen door rotting werden aangetast. Bij latere staafkerken werd een stenen fundering gebruikt, waarop houten grondbalken werden aangelegd. De masten en staven werden in inkepingen in deze grondbalken geplaatst. Deze methode werkte zo goed dat kerken gebouwd in de twaalfde eeuw vandaag de dag nog steeds recht op staan.
Het interieur van de staafkerken is altijd donker. Het licht dat er is, komt door kleine raampjes die net onder het dak zitten. In de oude staafkerken waren oorspronkelijk geen ramen, slechts kleine openingen hoog boven in. Langs de wanden waren banken voor oude en gebrekkige mensen. De rest van de kerkgemeente moest tijdens de mis staan.

Er zijn verschillende vormen van staafkerken. De meest eenvoudige staafkerken zijn kleine, rechthoekige gebouwen, en bestaan uit een schip en een klein koor. Het dak rust op de muren. Grotere staafkerken kunnen een lange mast in het midden hebben, die de torenspits draagt en de muren gedeeltelijk ontlast. De meest complexe staafkerken hebben een hoge ruimte in het midden, die wordt gedragen door vrijstaande masten, en die omgeven is door lagere zijbeuken, die de constructie stijfheid geven. Staafkerken zijn rijkelijk voorzien van houtsnijwerk, dat teruggrijpt op de tradities van de Vikingtijd.

https://nl.wikipedia.org/wiki/Staafkerk

 

Volgend deel: We rijden van Otta naar Loen

 

P.S. de eerste foto's zijn iets minder scherp. Ze werden genomen door het raam van de autocar.