Village des Bories
We rijden vandaag naar de Village des Bories, een dorpje met 'bories'. Dat zijn héél oude stenen hutten – net bijenkorven - waarin mens en dier tot in de 18de eeuw woonden. Ze werden eeuwenlang bewoond door nomadische herders. Het was gebruikelijk dat wanneer een stuk grond klaargemaakt werd voor de landbouw, er kleine hutjes gebouwd werden om te verblijven. Het was van belang dat de verblijven zowel bestand waren tegen de hitte van de zomer als de koude winters.
Meer over bories.
Je ziet ze op de hellingen van het Luberongebergte en het plateau de Vaucluse. Het zijn heel aparte hutjes van los op elkaar gestapelde stenen. Ze staan apart of in groepjes. Sommige van deze hutten dienden alleen maar als schuur voor gereedschap of als schaapskooi. Aangezien de geschiedenis van de bories teruggaat tot de bronstijd en ijzeren tijdperk, én de recentste bories terug werden opgebouwd in de 18de eeuw, kunnen we spreken van een bestaan van bijna 3000 opeenvolgende jaren.
Bories werden gemaakt van materiaal dat ter plaatse werd aangetroffen, zoals dunne lagen kalk die van rotsen waren gevallen of platte stukken steen die bij het ontginnen van het bouwland werden gevonden. Deze stenen, lauzes genoemd, zijn gemiddeld 10 cm dik. De kalkstenen en platte stenen werden zomaar op elkaar gestapeld, zonder water en cement. Typerend voor deze hutten zijn de smalle ingangen. De dikte van de muren varieert van 0,80 m tot 1,60 m.
Voor de dakconstructie werd gebruik gemaakt van een zogeheten vals gewelf, bestaande uit een overkraging van steenlagen. De stenen steken iets verder naar binnen. Zo lopen de muren naar boven schuin toe totdat de diameter bovenin, bij een hoogte van drie of vier meter, niet groter is dan een klein gat, dat met een platte steen kon worden afgedekt. De verschillende steenlagen helden enigszins naar buiten toe, zodat het water niet naar binnen kon sijpelen.
Binnen ziet het gewelf eruit als een halfronde koepel op pendentieven. Er bestaat heel wat variatie in de bouw van een bories. De meest eenvoudige zijn rond of ovaal met één ruimte en één deur op het oosten of zuidoosten. Er is nauwelijks sprake van een indeling binnenin. Je ziet er soms wat uitsparingen in de dikke muren, een vorm van kastruimte. De temperatuur binnen blijft het hele jaar door constant.
Verschillende oeroude dorpjes in de Provence bestonden uit bories, die dateerden van 2000 voor Chr. Ze zijn later herbouwd en werden pas in de 18de -19de eeuw verlaten. Er staan in de Luberonstreek nog zo’n 3000 bories, waarvan vele als schuilplaats op opslagplaats werden gebruikt. Het is in de bories aangenaam koel. Mensen die er een op hun terrein hebben, gebruiken dat vaak als wijnkelder.
Wij gaan een kijkje nemen naar de Village des Bories. Het is een dorpje met 20 gerestaureerde stenen hutten, een historisch monument sinds 1977, nu als openluchtmuseum ingericht.
In dit dorp, dat nu het Musée de l’Habitat Rural is, staan rond een broodoven 20 gerestaureerde bories.
Zij zijn tussen de 200 en 500 jaar oud en opgetrokken uit materialen die werden aangetroffen in de omgeving.
Meer dan 150 jaar geleden verlieten de inwoners van Bories hun dorp. Hun huizen stamden oorspronkelijk nog uit de bronstijd en waren te primitief geworden. Het dorpje raakte volledig overwoekerd, maar is weer heropgebouwd als openluchtmuseum. Van de platte stenen die overal in de Provence afscheidingen vormen, zijn hier buitenmuren en daken gemaakt in een harmonische architectuur uit vervlogen tijden. Binnen confronteert de inrichting ons met de vraag wat we eigenlijk nodig hebben om te kunnen overleven in de Provence?
De village des Bories met zijn schapenstallen, broodovens, wijnkelders, plein waar het graan werd geklopt en smalle straatjes met stenen muren, getuigen van het harde werk dat werd geleverd gedurende generaties.
Een bezoekje aan deze bijzondere locatie biedt een mooie inzage in de geschiedenis van deze regio en is meer dan de moeite waard.
Er zijn ook grotere bories, rechthoekig en met een paar smalle openingen. Voor de constructie van de schuine daken met twee of vier dakschilden werd gebruik gemaakt van de techniek van valse rondboog- en spitsbooggewelven, of gewelven in de vorm van een omgekeerde scheepsromp. De indeling van deze bories lijkt op die van een traditionele boerenhoeve. Binnen een hof met een hoge muur bevinden zich behalve de woonruimte (de meest ‘luxueuze’ bories hebben betegelde vloeren, banken en haarden) ook de broodoven en de verschillende werkplaatsen.
De grootste stenen hutten deden dienst als woning, de overige als schaapskooien, schuren en opslagplaatsen. Over de herkomst van deze bories, die tot het begin van de 19de eeuw in gebruik zijn geweest, tast men echter nog steeds in het duister. Misschien werden ze gebruikt als tijdelijke of permanente woning of als schuilplaats in oorlogstijd.
Het museum
Een bezoek aan dit museumdorp in de buurt van Gordes is als een reis terug in de tijd.
Maar doe het bij voorkeur niet bij grote drukte want Villages des Bories is een enorme trekpleister voor toeristen.
P.S. de eerste drie foto's werden genomen via google
Volgend deel : Fontaine-de-Vaucluse en de mysterieuze bron