Nationale parken in de VS en Canada (deel 3)

 

In vorige delen lazen jullie hoe Traveler de kwaliteit van 55 parken in de VS en Canada beoordeelde.

In ‘Deel 1’ en ‘Deel 2 kwamen de beste, nl. de zestien koplopers aan bod.

Nog 23 parken moeten op sommige punten snel verbeteren. Niet alleen de parken maar soms ook gebieden net buiten de parken. We kunnen ze quoteren als ‘nog heel redelijk’.

Hier volgen de eerste acht.

 

1. Big Bend (Texas, VS) – score 69

Het afgelegen Big Bend lijdt onder de effecten van luchtverontreiniging uit Mexico en de VS, ook de sterk dalende waterspiegel van de Rio Grande vormt een probleem. Voor de rest presteert het park goed, er zijn geen hordes bezoekers. Het is een van de meest natuurlijke parken, authentiek, niet bedorven. De nabijgelegen plaatsjes ‘Terlingua’ en ‘Lajitas’ lijken op decors uit een western.

 

2. Olympic (Washington, VS) – score 69

Dit park is drassig maar wonderbaarlijk mooi. Olympic mag dan we prachtig zijn, het heeft een iets minder fraaie uitvalsbases. De meningen over de plaatsen in en om het gebied zijn zeer verschillend. ‘Forks’ stond ooit bekend als houthakkershoofdstad van de wereld.

 

3. Theodore Roosevelt (North Dakota, VS) – score 69

Als je houdt van indrukwekkende luchten, prairies, wilde dieren en de typische sfeer van het Oude Westen, is deze bestemming de rit waard. Bezoek Medora niet voor het stadje, maar voor de Pitchfork Fondue en Medora Musical, dat zijn ervaringen op zich.

 

4. Fundy (New Brunswick, Canada) – score 68

Dit ‘prachtige kleine park’ aan de Fundybaai, bekend om zijn enorme getijdewerking, verdient lof voor natuurlijk schoon en beperkte bezoekersaantallen. Bovendien zijn specialisten positief over het ‘sterke ecologische programma dat de terugkeer van de Amerikaanse marter en de slechtvalk beoogt’, de effecten van intensieve houtkap in de grensgebieden ten spijt.

 

5. Redwood (Californië, VS) – score 68

Je ziet het zo voor je: slaperige, mistige vissersdorpen, baaien en kreken; afgelegen, ongerept, vol charme en buitengewoon aantrekkelijk. De magnifieke redwoods – Californische mammoetbomen, de grootste ter wereld – zijn ongeëvenaard, hoewel het kappen van bossen en het hedendaagse toerisme een wat verloederd palet aan landschappen hebben opgeleverd.

 

6. Park Zion (Utah, VS) – score 68

De lodge is fraai en het ravijn spectaculair. Bij de beoordeling van dit park zaten de meeste experts op één lijn, maar ze verschilden van mening over de uitvalsbasis, waarmee een hogere score buiten bereik bleef. Vooral de relatie van het park met het aangrenzende Springdale, een uitstekend voorbeeld van een uitvalsbasis die een onderdeel vormt van de beleving van het park wordt geprezen. Hetzelfde geldt voor de op propaangas rijdende bussen naar het park. Een kleine minderheid was een andere mening toegedaan. Eén deskundige vond ‘Springdale’ verschrikkelijk en noemde deze ervaring samen met de busrit eerder een tripje naar Disneyland dan naar een nationaal park.

 

7. Death Valley (Californië, VS) – score 67

Dit is een van de spectaculairste plaatsen in de Verenigde Staten. Een gezond gebied, maar er zijn ook bedreigingen, namelijk de grote drukte ten gevolge van doorreizende Las Vegas bezoekers, terreinwagens en felle verlichting in de omgeving van het park. Het behoud van de nachtelijke duisternis in het park zou prioriteit moeten hebben. Sterrenkijken op een heldere woestijnnacht maakt een bezoek aan Death Valley namelijk de moeite waard.

 

8. Antietam (Maryland, VS) – score 66

Dit is een vaak over het hoofd gezien juweeltje. Het park scoort hoog als het gaat om historie, parkbeheer en sfeer. Punten van kritiek? Ja, groeiende voorsteden tasten het park aan. De uitvalsbases tonen zich echter strijdvaardig. Sharpsburg, Boonsboro en Shepherdstown blinken uit in inspanningen voor milieubehoud.

 

Volgend deel : Nationale parken in de VS en Canada (deel 4)

Bron: Traveller

Foto's genomen via Google