Reis door de tijd - openluchtmuseum (deel 4)
Reis door de tijd in het openluchtmuseum – Arnhem (deel 4)
We komen voorbij een duiventil … niet zomaar een duiventil …
Duiventil, Hamersveld (Utr.)
Deze duiventil is een kopie van een til die tot 1970 bij boerderij De Princenhof in Hamersveld bij Amersfoort stond. In dit gebied floreerde de Nederlandse tabaksteelt en duivenpoep bleek een perfecte meststof voor de tabaksplanten. Trouwens ook voor andere fijne teelten, zoals die van meloenen, werd duivenmest veel gebruikt. Het houden van duiven was vanouds exclusief voorbehouden aan de adel. Pas na de 16de eeuw mochten ook boeren en burgers duiven houden. Zij hielden duiven voor het vlees.
Boerderij, Zuid-Scharwoude (N.H.)
Veehouderij was, aangevuld met wat akker- en tuinbouw, rond Zuid-Scharwoude de voornaamste vorm van landbouw. De stal biedt ruimte aan 20 melkkoeien. In de kaaskamer maakte de boerin boter en kaas voor de verkoop. Als de koeien in de wei stonden, werd de stal ingericht als 'zomerstal' en stonden voorwerpen uit de boter- en kaasmakerij te pronk.
In de 18de en 9de eeuw woonde hier de familie van Twuyver. Hun welvaart is af te lezen aan de luxe waarmee het woongedeelte is ingericht en hun koetshuis.
Poldermolen, Noordlaren (Gr.)
De wieken van deze molen zetten via tandwielen een vijzel in beweging die het water omhoog stuwt. Oudere poldermolens van dit type hebben vaak een scheprad dat veel trager werkt. Dankzij de vijzel nam de capaciteit van de poldermolen om water omhoog te brengen sterk toe. Deze molen kan wel 50 m³ water (een tank vol) per minuut verzetten.
Dubbele ophaalbrug, Ouderkerk a/d Amstel (N.H.)
De burgwachter wist precies wat hem te doen stond wanneer hoog opgetuigde zeilschepen wilden passeren. Met behulp van de zware scharnierende hefbomen op de brug haalde hij de twee houten wip- of klapbruggen omhoog. Om de brug neer te laten liep de brugwachter zelf tegen de schuine wip- of klap op : zijn gewicht zorgde ervoor dat de brug weer daalde. Vanaf de 19de eeuw nam het scheepvaartverkeer af en het wegverkeer toe. Bredere bruggen van steen of ijzer namen de plaats van wipbruggen in.
(om veiligheidsredenen ontbreken hier de kettingen waaraan de brugwachter trok)
Wagenhuis, Zaanstreek (N.H.)
De rijke koopman kon zich, in tegenstelling tot de meeste mensen in zijn omgeving, eigen vervoer permitteren. Om rijtuigen tegen weer en wind te beschermen, werden ze gestald in een wagenhuis. Het houten gebouw zoals hier te zien, is een voorbeeld van een wagenhuisjes uit het eerste kwart van de 19de eeuw. Hier stond het rijtuig en 'zomers' ook de arreslee en de ijszeilschuit van de familie.
Arbeiderswoninkje, Zaanstreek (N.H.)
Het is een reconstructie van de arbeiderswoning van koopmansfamilie Honig. Deze welgestelde familie bewoonde zelf het statige huis in Koog aan de Zaan. Het bescheiden arbeiderswoninkje grenst aan het wagenhuis van de koopman. Het onderkomen werd rond 1900 vaak gehuurd door een oudere werknemer van de koopman, met zijn vrouw. De arbeider verdiende 5 gulden per week, waarvan zo’n anderhalve gulden aan huur opging.
Het huisje telde niet meer dan een kamer met een kast en bedstee, een portaal – dat als keukentje diende – en een kleine zolder. Hun behoefte deden de bewoners in het toilethuisje buiten, met een afvoer boven de Zaan.
Overtuin, Zaanstreek (N.H.)
Deze 'tuin tot vermaak' hoort bij het koopmanshuis dat aan de overkant van de weg ligt. Tuinen zoals deze, die ten opzichte van het huis aan de overkant van een weg of water lagen, worden overtuinen genoemd. Hier is de tuin, naar Zaans voorbeeld, aangelegd in 1970.
Chinees restaurant Azië
In de jaren twintig van de vorige eeuw verschijnen in Amsterdam en Rotterdam de eerste Chinese eethuisjes. De klanten zijn Chinese zeelui, die tijdelijk in de stad verblijven. Met de komst van repatrianten uit het voormalige Nederlands-Indië, eind jaren ’40, ontstaat de unieke Chinees-Indische keuken. Vanaf 1950 raken de Nederlanders steeds meer gecharmeerd van het aan hun smaak aangepaste eten. Bovendien zijn de porties groot en goedkoop. De welvaart neemt toe en 'naar de Chinees gaan' wordt populair.
Bakkerij / Winkel, Zaanstreek (N.H.)
De bakkerij van de Zaanse buurt is gevestigd in twee samengevoegde panden. Prominent is de topgevel, die in de 19de eeuw is aangebracht.
Woning, Krommenie (N.H.)
Dit pand is opgebouwd uit onderdelen van diverse gebouwen. De basis is een woonhuis uit de 17de eeuw uit Koog aan de Zaan. Helaas werd dat gebouw tijdens WO II voor een groot deel verwoest. Gelukkig kon het pand op een moderne manier worden herbouwd, maar met behoud van het typisch Zaanse uiterlijk. Nu is het museumwinkeltje ‘Zus en Jet’ hier gevestigd.
En iets verderop gaan we nog een winkeltje binnen …
En dan is het tijd voor …. POFFERTJES.
De geur van versgebakken poffertjes maakt ons al vrolijk. Dit verplaatsbare poffertjeskraam, die met haar nostalgische wandschilderingen en intieme coupés met gordijntjes zoete herinneringen aan vroeger oproept, stond veertig jaar lang elke zomer in Epe.
Iets verderop bevinden we ons op de scheepswerf …
maar daarover vertel ik in volgend deel : openluchtmuseum – deel 5